de boog

zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak:  [box]
Verbuigingen:  bogen (meerv.)

1) ronde open poort in een gebouw architectuur
Voorbeeld:  `een brug met drie bogen`

2) gebogen stok met een pees gebruikt als wapen
Voorbeelden:  `met pijl en boog schieten`,
`kruisboog`
De boog kan niet altijd gespannen zijn/staan.  (je moet af en toe relaxen, minder serieus zijn)


Synoniemen
bocht   handboog   kruisboog   poort   uitbouw   welving   

Spreekwoorden en zegswijzen
• veel pijlen op zijn boog hebben (=veel middelen, talenten hebben)
• meer pijlen op zijn boog hebben (=meer kunnen dan reeds laten zien)
• meer dan een pijl op zijn boog hebben (=meerdere oplossingen weten)
• de boog kan niet altijd gespannen zijn (=men moet zich soms ook kunnen ontspannen)
• als een pijl uit de boog (zijn) (=snel vertrekken)
Naar de spreekwoorden

Intensiveringen
Hoe kun je met boog een ander begrip versterken?
als een pijl uit de boog ervandoor gaan; gespannen als een boog;

21 definities op Encyclo
  • Uit `De lagere vaktalen: Taal der bouwbedrijven` 1914 verschillende soorten: hoekige boog, segmentboog, elliptische boog, cirkelboog, korfboog, gedrukte boog, platte boog, gebroken boog, hoefijzerboog, moorenboog, veellobbige boog, getande boog, spitsboog.
  • - wapen Pijl en boog zijn lang als wapen in gebruik geweest. Men onderscheidt de handbogen (10,11 en 12) van de kruisboog (13). De grote handboog had een lengte die overeenkwam met die van de schutter zelf. Het spannen vereiste nogal wat kracht zodat alleen ervaren en r...
  • [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Boog``] Het voornaamste schietwapen van het voetvolk, gedeeltelijk ook van de ruiterij, vóór de uitvinding der vuurwapens. De kruis- of voetboog had eene lade; om hem te spannen, kon men werktuigelijke middelen aanwenden en dien ten gevolge zwaardere projectilen, boute...
  • strook hout waarvan de uiteinden met een draad aan elkaar gebonden zijn vb: met zijn boog schiet hij deze pijl wel 20 meter weg de boog kan niet altijd gespannen zijn [je kunt niet altijd alleen serieuze dingen doen] als een pijl uit een boog [heel snel] meer pijlen op zijn boog hebben [nog andere argumenten ...
  • [Vergeten woorden] (m.) 1) ring 2) armband [= IJslands baugur, ~ buigen]
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met boog:
boogachtigboogarmboogbalboogbrugboogdeurbooggewelfbooggraadboogieboogiewoogiebooglampboogminuutboogovenboograamboogscheutboogschietenBoogschutterboogsecondeboogvormigboogzaag

Deze woorden eindigen op boog:
elleboogregenboogzegeboogzadelboogvoetboogvlamboogtriomfboogspitsboogspanningsboogsneeuwboogsegmentboogrondboogrechterelleboogpuntboogpijl-en-boogmuraalbooglinkerellebooglichtboogkruisboogjukboog

Herkomst volgens etymologiebank.nl
boog (schiettuig; ronding)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de boog' of 'het boog'?
Het is 'de boog', want boog is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die boog'.
Wat is het meervoud van boog?
Het meervoud van boog is 'bogen'. Eén boog, twee bogen.
Wat betekent boog?
'ronde open poort in een gebouw' en 'gebogen stok met een pees gebruikt als wapen'
Hoe spel je boog?
boog spel je B O O G
Wat is een ander woord voor boog?
Andere woorden voor boog zijn bocht, handboog, kruisboog, poort, uitbouw en welving.

Op andere websites
Zoek boog op Woordenlijst.org
Zoek boog op Google
Zoek boog op Wikipedia