besturen

werkw.

Uitspraak:	[bəˈstyrə(n)]
Afbreekpatroon:	be·stu·ren
Vervoegingen:	bestuurde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft bestuurd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) een voertuig laten rijden en in een bepaalde richting laten gaan

Voorbeeld:

`een vrachtwagen besturen`

2) leiding geven aan iets

Voorbeeld:

`een gemeente besturen`

Zie ook:

Synoniemen

9 definities op Encyclo

• [ov] zorgen dat [een toestel] de gewenste taken uitvoert. • [ov] het vervullen van regeringstaken over een gebied of organisatie
ervoor zorgen dat het in de juiste richting gaat vb: de chauffeur bestuurt de bus er leiding aan geven vb: welke mensen besturen deze school?
(land) Besturen is een taak van de overheid van een land om dat naar behoren te laten functioneren door de toepassing van wetten en regels. [basiswoordenlijst groep 5]
1) Heerschappij voeren 2) Gezag uitoefenen 3) Mennen 4) Heersen 5) Regelen 6) Beschikken 7) Regeren 8) Regeren over 9) Zitten 10) Bevestigen 11) Beteugelen 12) Richten 13) Sturen 14) Tomen 15) Een gewenste richting geven 16) Bestieren 17) Beheren 18) Bedrillen 19) Managen 20) Administreren 21) Manoeuvreren
beheren, leiden

Deze woorden beginnen met besturen:

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Taaladvies

Wat is juist: raad van bestuur of Raad van bestuur? Zie Raad van bestuur / raad van bestuur
Wat is juist: Dagelijks Bestuur of dagelijks bestuur? Zie Dagelijks Bestuur / dagelijks bestuur

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van besturen is 'bestuurde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft bestuurd'.

'een voertuig laten rijden en in een bepaalde richting laten gaan' en 'leiding geven aan iets'

besturen spel je B E S T U R E N

Andere woorden voor besturen zijn aanvoeren, administreren, bedienen, beheren, leiden, leiding geven, leidinggeven, managen, regeren en voorzitten.

Op andere websites

Recentelijk gezocht