• de vis is de boet niet weerd (=het sop is de kool niet waard) Naar de spreekwoorden
8 definities op Encyclo
[Vergeten woorden] (m.) liefkozende aanspreekvorm van een jongen: kom, boet! [= Zuid-Afrikaans boet, Gronings buit, van bat-boet ‘goed’]
1) Bewaarplaats 2) Keet 3) Schuur 4) Schuurtje 5) Loods 6) Vuurtoren 7) Bergplaats 8) Korte jongensnaam 9) Kleine loods 10) Kleine schuur 11) Deel van een boerderij
Boet is een Nederlandse jongensnaam. Het betekent `Hij die zijn wensen kenbaar maakt`.
Een 'boet' is een Westfriese benaming voor een schuur of bijschuur. Op het Waddeneiland Texel duidt de benaming vooral een kleine schuur aan die dient als opslag voor hooi en ander voer voor de schapen.
Houten topgevel in de luwte om zo wagens met hooi door het bovenluik te kunnen lossen.