Spreekwoorden met `vuist`

Zoek

7 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `vuist`

  1. dat past als een vuist in een oog (=dat past helemaal niet)
  2. een kruisje is genoeg voor een boterham uit het vuistje (=voor een gewone broodmaaltijd moet niet te veel gebeden worden)
  3. een vuist maken (=krachtig opstellen)
  4. in zijn vuistje lachen (=in jezelf ergens plezier hebben / Op ietwat stiekeme wijze ergens voordeel van hebben)
  5. op de vuist gaan (=knokken)
  6. uit het vuistje (=uit de hand , zonder gebruik van mes en vork)
  7. voor de vuist weg (spreken) (=zonder voorbereiden iets moeten vertellen)

3 dialectgezegden bevatten `vuist`

  1. 'k geef a een toek (=ik geef u een vuist (slag) ) (Vilvoords)
  2. hij kreej nun klap op zenne bakkes (=zijn gebalde vuist raakte hem vol in zijn gelaat) (Bredaas)
  3. Minse diej nog al ins gauw ein voest make kónne lestig ein hendtje gaeve! (=Mensen die nog al gauw een vuist maken kunnen moeilijk een handje geven!) (Kinroois)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen