Spreekwoorden met `roeren`

Zoek

7 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `roeren`

  1. de mond roeren (=van zich laten horen, spreken)
  2. de trom roeren (=veel ophef maken)
  3. die snaar moet men niet aanroeren (=daarover moet niet gesproken worden)
  4. een tere snaar aanroeren (=spreken over iets waar men beter niet over had gesproken)
  5. geen vin verroeren (=heel stil zonder beweging zijn)
  6. goed je mondje kunnen roeren (=er goed voor zorgen dat je mening wordt gehoord)
  7. je kaken roeren. (=goed eten of praten.)

7 dialectgezegden bevatten `roeren`

  1. deur mekaarn roenkelen (=door elkaar roeren) (Zeeuws)
  2. Die gruit de spinnewebben niet veur de mond (=Die durft de mond wel te roeren) (Drents)
  3. flienk deur de hort roeren (=er een potje vanmaken) (Zeeuws)
  4. je moe gie do je stert nie gon roeren (=gij moet u daar niet gaan moeien) (Veurns)
  5. Van sich af spijje (=zijn mondje danig roeren) (Genneps)
  6. zèenen tetter roeren (=het hoge woord voeren) (Wichels)
  7. zèn toot blijve roeren (=niet kunnen ophouden met praten) (Sint-Niklaas)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen