10 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `met zijn`
- er met zijn neus bij staan (=er vlakbij staan)
- iets niet met zijn geweten overeen kunnen brengen (=iets niet kunnen doen omdat men het niet goed vindt)
- met zijn gat in de boter vallen (=(onverwacht) goed terechtkomen)
- met zijn hoofd in de wolken (=zo gelukkig, blij zijn dat je niet goed oplet)
- met zijn neus in de boter vallen (=(Onverwacht) goed terechtkomen)
- met zijn pink manoeuvreren (=iets als de beste kunnen)
- met zijn talenten woekeren (=de persoonlijke mogelijkheden/gaven goed gebruiken)
- met zijn tien geboden eten (=zonder bestek met de vingers eten)
- met zijn tien geboden eten. (=zonder mes en vork.)
- met zijn ziel onder de arm lopen (=zich vervelen)
Eén betekenis bevat `met zijn`
- men heeft hem de hoorns opgezet (=iemand (vooral een bekende) heeft een relatie met zijn vrouw)
50 dialectgezegden bevatten `met zijn`
- `de bank is geduldig ` (=Antwoord waneer iemand pocht met zijn goederen, auto's of huizen) (Utrechts)
- 'Ij / zij komt mee zunne zekel nao de oogst (=Hij /zij is te laat met zijn acties / opmerkingen) (Nieuw-vossemeers)
- A sta mé zenne mond vol tanne (=Hij staat met zijn mond vol tanden) (Mechels (BE))
- a vloog mè mé gieël zénnen battaklang buiten (=hij vloog met zijn hebben en houden buiten) (Meers)
- aai spelt eurzak me koai kaarte (=hij speelt vals met zijn slechte kaarten) (Turnhouts)
- D'r zat nun mutten achter de wjer en ij rokelde mee zijn kodde. (=Er zat een kalf achter de heg en het kwispelde met zijn staart.) (Kloosterzandes (Klôôsters))
- daaj moet hél krétse vër rond te koëme (=die moet hard werken en besparen om rond te komen met zijn geld) (Munsterbilzen - Minsters)
- De pil kwam op z'n knol met z'n eik. (=de dokter kwam te paard met zijn hond) (Helders)
- de weeld stik em (=hij weet niet wat aan te vangen met zijn overvloed) (Munsterbilzen - Minsters)
- doë koe¨me vër nie mèt rond (=daar hebben we met zijn allen niet genoeg mee) (Munsterbilzen - Minsters)
- E eit do een pataat (of een kartesj ) gezetj (=Hij heeft met zijn wagen een ongeval gehad) (Liedekerks)
- e gat is e gat zeite boer en haa poepte zaan veireke (=een achterwerk is een achterwerk zei de landbouwer, en hij vrijde met zijn varken) (herenthouts)
- è keunebille geven (=met zijn knie een stoot in het bovenbeen geven) (Veurns)
- e koet én de loch springe (=geen blijf weten met zijn geluk) (Bilzers)
- é weet van toet'n of bloiz'n (=hij staat met zijn mond vol tanden) (Lochristis)
- eeder mót mét ziene koeëze hoêze (=als iemand niet met zijn vrouw kan opschieten) (Weerts)
- elk mee zijn slonse en oas ge giene et pakt de mijne (=elk met zijn vrouw, indien u er geen heeft neem de mijne maar (wordt veel gezegd op een feest waar gedanst wordt) ) (Gents)
- en noewet mè drowe nèvest ien rouèn (=en nooit met zijn drieën naast elkaar fietsen) (Denderleeuws)
- ès weer ont sletsen (=hij is weer met zijn schoenen (pantoffels) aan het slepen) (Sint-Niklaas)
- Eure vin goa me zinne noe en zinne non, no de pos, achter gêl (=Haar man gaat met zijn hoed op, en zijn hond, naar de post, om geld) (kortrijks)
- ewk mee te zijne in ik mee mijn predde (=ieder met zijn eigen partner) (Kaprijks)
- ge moesjn gezien emmen, me zenne stjeit in ze gat (=je moest hem gezien hebben, met zijn staart tussen zijn benen) (Liedekerks)
- hae kos mich daud kieke (=met zijn ogen kon hij me wel doden) (Munsterbilzen - Minsters)
- hae liktj al achter de batteri-j (=hij ligt al in bed met zijn vrouw) (Weerts)
- hè wit nie waor zunne kòp stao (=hij is er met zijn hoofd niet bij) (Tilburgs)
- Hèè ès mèt zijn kont èn de boeëter gevalle. (=Hij heeft alle geluk.) (Genker)
- Heej vuult zich as enne pier ien 'n erpelekoel (=Hij is erg tevreden met zijn situatie) (Wells)
- hem z'n vader / Met hem vader etc. (=zijn vader / moeder etc met zijn vader / moeder etc) (Utrechts)
- Hij 's op schok me z'n mokke (=Hij is op reis (of wandelt) met zijn vriendin) (Brussels)
- hij gijt de boer op met zien handeltje (=hij gaat met zijn handel op pad) (Westerkwartiers)
- Hij komt mee zun aaier nao Paose (=Te laat met iets aankomen, hij komt met zijn eieren na Pasen.) (Haarsteegs)
- hij viel meej zen harses op de kaajbaand èn was gelèèk van zene susserd. (=hij viel met zijn hoofd op de trottoirband en was meteen buiten bewustzijn.) (Tilburgs)
- iemëd mèt zën klitse (kloete) rammële (=iemand met zijn voeten spelen) (Munsterbilzen - Minsters)
- iemëd mèt zën lubbëre pakke (=iemand met zijn vel grijpen) (Munsterbilzen - Minsters)
- iemëd mèt zën viet rammële (=iemand met zijn voeten spelen) (Munsterbilzen - Minsters)
- iemëd mèt zëne koljee pakke (=iemand met zijn kraag vatten) (Munsterbilzen - Minsters)
- iemes mèt zene koljé pakke (=iemand met zijn nekvel grijpen) (Munsterbilzen - Minsters)
- iemes zene kop tëssen twei aure zètte (=iemand met zijn oren trekken) (Munsterbilzen - Minsters)
- ij staot aon un kwaoj e-ndje (=dit loopt niet goed af met zijn gezondheid) (Oudenbosch)
- ij zit in't sukkelstroatsjen (=hij begint tegenslag te krijgen met zijn gezondheid) (Kaprijks)
- In zenne klitser (=met zijn piemel bloot) (Mols)
- inne kapelstroat woent me`bruurke me`ze vrooke (=in de kapelstraat woont mijn broer met zijn vrouwtje) (Heusdens)
- je lag me zin toute in de goute wanjekwam van de macoute, je was één karoute (=hij lag met zijn gezicht in de goot na een bezoek in de macote, want hij was erg dronken.) (werviks)
- je smit er met zijn klakke achter (=Hij zegt zomaar iets) (Kortrijks)
- je vloîg met ze kliekn en klakkn op straote (=hij vloog met zijn hele hebben en houden op straat) (Kortemarks)
- jis effn streeke (=hij is klaar met zijn werk) (kortemarks)
- Kijk hem staan met zijn peen en uien gezicht (=Verbaasd kijken) (Rotterdams)
- klikken: Mé zijn klikken en klakken boëtegesmete zijn (=met zijn hebben en houden op straat gezet zijn) (Lebbeeks)
- koome ze meej zun ammòlle (=komen ze met zijn allen) (Tilburgs)
- mê heeël zun santeboetiek (=met zijn ganse hebben en houden) (Brugs)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen