Spreekwoorden met `hout`

Zoek

12 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `hout`

  1. alle hout is geen timmerhout (=niet iedereen beschikt over dezelfde kwaliteiten / niet alles is van voldoende kwaliteit)
  2. dat snijdt geen hout (=dat heeft er niets mee te maken; het bewijst niets)
  3. een houten/stijve Klaas zijn (=nooit iets leuks willen)
  4. een pleister op een houten been (=een nutteloos voorstel)
  5. er geen hout van snappen (=er niets van begrijpen)
  6. er klopt geen hout van (=het is geheel onjuist)
  7. geen hout snijden (=niets bewijzen , niet van toepassing zijn)
  8. op een houtje bijten (=honger hebben)
  9. op eigen houtje doen (=iets zelfstandig (eventueel op eigen initiatief) ondernemen)
  10. uit het goede hout gesneden zijn (=van goede afkomst zijn / een goed karakter hebben)
  11. van dik hout zaagt men planken (=niet al te nauwkeurig of zorgvuldig werken)
  12. voorbij de schout zijn deur mogen dragen (=wel gezien mogen worden)

Eén betekenis bevat `hout`

  1. droge stokvis (=een houterig iemand)

35 dialectgezegden bevatten `hout`

  1. (h) oet va' woajboomm: uitdrukking door timmerlieden gebruikt voor slecht, minderwaardig hout (=hout van waaibomen) (Klemskerks)
  2. 't aat is verduurt (=het hout is verstikt) (Sint-Niklaas)
  3. 't Es e zwalpei. (=Dronken nietsnut die blijft rondhangen. Of nietsnut die van geen hout pijlen weet te maken.) (Zelzaats)
  4. 't Is greun aat (='t Is groen hout) (Mechels (BE))
  5. 't is gruen hout (=ze hebben ruzie in het huishouden) (Antwerps)
  6. ' n spinse haat (=een bundel hout) (Overmeers)
  7. A wét van gien out paole nemie te make (=Hij weet niet van welk hout pijlen maken) (Mechels (BE))
  8. alle holt is gien timmerholt (=niet elk soort hout is timmerhout) (Westerkwartiers)
  9. Bos hout voor de deur (=Schaamhaar) (Brabants )
  10. dae is zoeë stief wie ein hout (=hij is helemaal niet lenig) (Heitsers)
  11. dae zit tot iëver zën aure èn de mësiëre (=hij weet niet meer van welk hout pijlen te maken) (Munsterbilzen - Minsters)
  12. Det hout is rot es kaaf, kaafrot. (=Het hout is harstikke rot.) (Roermonds)
  13. e zeel hood. (WT) (=voorraad hout om een jaar de broodoven en het fornuis te stoken) (Mechels (NL))
  14. en kont oem hout oep te kappe; e dik gat; en dikke poep (=een dik achterste) (Diesters)
  15. Flink end hout foar de doar Of aars, gewoon grootte tiete. (=Flinke borsten) (Westfries)
  16. haawt spròkkele in de bosse van onze grutvadder (=hout sprokkelen in de gemeente-bossen (andermans bossen) ) (Tilburgs)
  17. hij eed un bakkus om hout op te kappen (om boëmen op te klieven) (=hij is een lelijkerd) (Melseels)
  18. hout dae mich op 'ne aos (=Zo! die heeft geluk.) (Roermonds)
  19. hout je roer reg (=Op jezelf letten) (Rotterdams)
  20. hout op hout zaogt nie! (=mannen behoren elkaar niet te kussen.) (Tilburgs)
  21. hout toch oewe wouwel! (=Hou toch je mond!) (Hoarens (haren nb))
  22. hout um haog! (=kop op!) (Flakkees)
  23. Ik had een haat vast. (=Ik had een stuk hout vast) (Rillaars)
  24. Je kun beter in de smisse stae as nae d'n diek om outjes gae (=Je kan beter lekker warm bij het smidsvuur staan dan hout jutten) (Zeeuws)
  25. Kjeun wat aat kappe veu de stoof (=Ik ga wat hout klieven voor de kachel) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
  26. tis mèr koi hout dè van ligge brikt (=van niets doen verslijt je niet) (Heezers)
  27. uit goed out gesnèiën zèn (=uit goed hout gesneden zijn, van goede afkomst) (Meers)
  28. van waat hout piele make (=geen raad meer weten) (Heels)
  29. woeëbeumenaut (=waardeloos hout) (Ninoofs)
  30. z' ei veil hout veur eur deur ligge (=ze heeft grote borsten) (Antwerps)
  31. ze is goed van oëeren en poëeten (=zij heeft een flinke bos hout voor de deur) (Melseels)
  32. ZO, die heit een flienke bos hout voor de deure! (=Die heeft een flinke voorgevel) (Flakkees)
  33. zoe kroem as en ak, zoe kroem as en hout (=zeer krom) (Diesters)
  34. zoea stief wie 'ne klöppel / 'n hout / 'ne badding (=stijf en stram zijn) (Steins)
  35. zoeë dweiës as een aat (=zo dwars als hout) (Winksels)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen