Spreekwoorden met `het maar`

Zoek

3 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `het maar`

  1. gooi het maar in je pet (=er komt niks van in)
  2. het maar in het midden laten (=niet argumenteren)
  3. schrijf het maar op je buik (dan kan je het met je hemd weer uitvegen) (=vergeet het maar)

3 betekenissen bevatten `het maar`

  1. schrijf het maar op je buik (dan kan je het met je hemd weer uitvegen) (=vergeet het maar)
  2. zand erover (=vergeet het maar (in de zin van : we praten er niet meer over))
  3. het is niet voor de ganzen gemaakt (=we kunnen het maar beter uitdrinken)

50 dialectgezegden bevatten `het maar`

  1. ‘Je kunt me de bout hachelen!’ . ( je kunt m'n stront eten) (bout drol) (hachelen eten) (=Je kunt het bekijken, je kunt het uitzoeken, zoek het maar uit, doei!!! (negatief0) (Utrechts)
  2. ' t is zo kloar as ' n klondje (=het is zo helder als het maar kan) (Westerkwartiers)
  3. aan de grode klok hang'n (=aan elk vertellen die het maar wil horen) (Westerkwartiers)
  4. agge moar leut het (=als het maar gezellig is) (Tilburgs)
  5. Als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan. (=At 't niet kin soa't 't mot, dan mot 't maar soa't 't kin.) (Bildts)
  6. als it net kin sa als 't mut, dan mut it maar sa als 't kin (=als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan) (Leewarders)
  7. als`t nait gait zoas`t mot, mot`t moar zoas`t gait (=als het niet gaat zoals het moet, moet het maar zoals het gaat) (Hogelandsters)
  8. As `t net kin sa`t it moat, dan moat it mar sa`t it kin. (=Als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan.) (Fries)
  9. As 't niet kan zo het mot,dan mot het maar zo het kan (=Het is niet anders) (Giethoorns)
  10. as et nie geet, bok et mèr (=als het niet wil barsten, breekt het maar) (Munsterbilzen - Minsters)
  11. as g'et mo wet (=als je het maar weet) (Brussels)
  12. as ge 't moar begrèpt wôr (=Als je het maar begrijpt he) (Bosch)
  13. as ge-t mar nie begaojt (=als je het maar niet te bont maakt) (Tilburgs)
  14. as het raengert, doen vae waaj èn mestriech, vae loeêten het mér valle (=wat ga je er aan doen, als het wil regenen, regent het maar) (Munsterbilzen - Minsters)
  15. as het su mut dan mut het maar su (=als het zo moet dan moet het maar zo) (Leewarders)
  16. as Poeësen op Pinkstëre vult (=nooit, vergeet het maar !) (Munsterbilzen - Minsters)
  17. As ut n't geet zoas ut mut, mut ut mear zo as ut geet (=Als het niet gaat zo als het moet, moet het maar zoals het gaat.) (Twents)
  18. As't nait gait zoas't mot, mot't mor zoas't gait (=Als het niet gaat zoals het moet, moet het maar zoals het gaat) (Gronings)
  19. asset mar vur niks is, dan kunne ze kèèle. (=als het maar gratis is, dan weten ze van innemen.) (Tilburgs)
  20. assët nie geet, dan bok het mér (=als het niet gaat, dan is het maar zo !) (Munsterbilzen - Minsters)
  21. assët nie verstees, moessët mér verzitte (=als je het niet verSTAAT, moet je het maar verZITTEN) (Munsterbilzen - Minsters)
  22. aste nie wils leistere, moesset mèr besniete (=wie niet wil luisteren, moet het maar voelen) (Munsterbilzen - Minsters)
  23. aste nie wilts heire, moeste mèr viele (=als je niet wil horen, moet je het maar voelen) (Munsterbilzen - Minsters)
  24. attamottamotta (=als het echt moet dan moet het maar) (Achterhoeks)
  25. bekek ut mer (=bekijk het maar) (Brakels (gld))
  26. bekiek 'et moar (=bekijken - bekijk het maar) (Westerkwartiers)
  27. bëkiek ët tich mér (=ik hou er voor bekeken, los jij het maar op) (Munsterbilzen - Minsters)
  28. bekiek het dich mèr ; beziech het dich mèr (=bekijk het maar) (Bilzers)
  29. Bekiek het maor (=Bekijk het maar) (Hoogeveens)
  30. bekiek ut / bekèkt ut mar (=bekijk het maar) (Brabants)
  31. bekiekt maa (=bekijk het maar) (Sallands)
  32. da brink laeve én de brauweraaj (=al is het maar voor de lol) (Bilzers)
  33. da ge nie kepot hagelt (=bekijk het maar) (Betuws)
  34. Da kè je wel op je buuk schriêve. (=schrijft het maar op je buik) (Flakkees)
  35. da konste op zene bauk sjrijve (=vergeet het maar) (Munsterbilzen - Minsters)
  36. da kunde oep awen bil schreive (=vergeet het maar) (Antwerps)
  37. daaw ut mar dur de deur deur! (=duw het maar door de deur!) (Tilburgs)
  38. dagget mar bekikt (=bekijk het maar) (Bredaas)
  39. dagget mer wet (=als je het maar begrijpt) (Brakels (gld))
  40. dan mot oeweige betets late n-ore (=als je het maar op tijd laat weten) (Oudenbosch)
  41. Dan motte bidde tot Piet, daddut naor oew gat schiet, dan kend'ut uitpoepe. (=Bekijk het maar) (Bredaas)
  42. dat is zoe kroomp wie un ziekel (=dat is zo krom als het maar kan) (Mestreechs)
  43. dat konste onder zën sjoen sjrijve (=vergeet het maar !) (Munsterbilzen - Minsters)
  44. dat zieste van haaj (=vergeet het maar !) (Munsterbilzen - Minsters)
  45. de hëbs zëne mond toch bij dich (=als je het niet weet, vraag je het maar) (Munsterbilzen - Minsters)
  46. de moes ët laeve pakke waaj ët kump (=klinkt het niet, dan botst het maar) (Munsterbilzen - Minsters)
  47. de zies mèr ! (=bekijk het maar !) (Munsterbilzen - Minsters)
  48. de zos nog kompassë mèt him krijge, aste nie oppas (=bezie het maar niet teveel, anders doet hij u nog spijt krijgen) (Munsterbilzen - Minsters)
  49. deige luize bijte ut taarst (=van je familie moet je het maar hebben) (Oudenbosch)
  50. den têjt dat duurt (=voor zolang het maar duur) (Kaprijks)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen