6 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `Bent`
- als je veel eet, dan ben je lelijk als je dood Bent. (=waarschuwing tegen te veel eten.)
- je Bent de bovenste beste (=je bent een goeie)
- je Bent nooit te oud om te leren (=je kan altijd nog bijleren)
- je Bent om op te eten (met boter en suiker). (=beeldig, snoezig, hartveroverend, snoeperig.)
- je moet een paard niet doodknuppelen, voordat je thuis Bent. (=te veel haast kan wel eens vertraging opleveren)
- je moet geen `hei` roepen voordat je de brug over Bent (=vreugde over een goede afloop is pas toepasselijk als er niets meer verkeerd kan gaan)
34 betekenissen bevatten `Bent`
- fiolen van toorn over iemand uitstorten (=aan iemand duidelijk laten blijken dat je kwaad op diegene Bent)
- je kan niet alle meisjes haten om één (=als je Bent getrouwd wilt dat niet zeggen dat vrouwen je niet meer interesseren)
- botten blijven platvis (=als je dom Bent dan blijf je dat)
- wie a zegt moet ook b zeggen (=als je eenmaal ergens aan begonnen Bent, moet je het ook afmaken)
- een zuiver geweten is het beste oorkussen. (=als je eerlijk Bent slaap je gerust)
- wie scheep is moet varen (=als je ergens aan begonnen Bent moet je er mee voortdoen)
- kunst baart gunst. (=als je ergens bedreven in Bent zijn anderen toegevender en welwillender)
- wie het dichtst bij het vuur zit, warmt zich het meest (=als je ergens nauw bij betrokken Bent, geniet je het meeste voordeel ervan)
- wie zwijgt, stemt toe (=als je het ergens niet mee eens Bent, moet je het zeggen)
- die in het voorjaar niet zaait, in het najaar niet maait. (=als je jong Bent moet je sparen voor je eigen oude dag)
- een goed gelaat is de beste geleidebrief. (=als je knap Bent krijg je veel voor elkaar)
- veel varkens maken de spoeling dun (=als je met veel Bent, moet je ook met veel delen)
- gissen doet missen (=als je niet zeker Bent van je zaak maar gokt, gaat het meestal fout)
- een geplaveide weg is des duivels oorkussen (=als je niets doet en lui Bent, doe je ook niks goeds / mensen die zich vervelen omdat ze niets te doen hebben, kunnen tot de slechts dingen komen daardoor)
- armoe met eren kan niemand deren. (=arm zijn is niet erg als je maar eerlijk Bent)
- elk heeft genoeg in eigen tuin te wieden. (=bekritiseer geen anderen als je zelf niet perfect Bent)
- thuis is in je schuur (=dit wordt gezegd als je weinig thuis Bent)
- iets in één adem uitlezen (=een boek waaraan je begonnen Bent heel snel uitlezen, omdat je het zo spannend vindt)
- advocaat van de duivel spelen (=een mening geven waar je het zelf niet mee eens Bent, maar die je geeft om reacties uit te lokken)
- acte de présence geven (=ervoor zorgen dat je ergens aanwezig Bent)
- je kan beter naar de bakker dan naar de apotheker gaan. (=eten is gezond, de apotheker bezoek je als je ziek Bent.)
- `t Is gelijk of men van/door de kat of de kater/hond gebeten wordt (=het maakt niet uit hoe of waardoor je benadeeld Bent geweest)
- een heilige koe (=iets waar je niet aan mag komen en zuinig op Bent, voor sommige mensen is dat bijv. een auto)
- ik zoek het paard, maar ik zit erop. (=iets zoeken waar je heel dichtbij Bent)
- je bent de bovenste beste (=je Bent een goeie)
- een doodshemd heeft geen zakken. (=je hebt niets aan je geld als je dood Bent)
- wie voor een dubbeltje geboren is, wordt nooit een kwartje (=je kunt nooit boven de stand komen waarin je geboren Bent. Arm geboren, zal wel arm blijven)
- de boer op de bok liet de teugels vieren, het paard kende zelf de weg wel. (=je moet niet doen alsof je de beste Bent, iemand anders weet ook wel wat)
- grote pronker, kale jonker. (=je voordoen als een rijk man terwijl je arm Bent)
- grote pracht, weinig macht. (=je voordoen als een rijk man terwijl je arm Bent)
- zo dom als touw (=onnozelheid of domheid (als in: `Je Bent ook zo dom als touw hè?!`))
- over het paard getild zijn (=te veel eigendunk hebben of een naar karakter hebben, doordat je zoveel geprezen of verwend Bent)
- oost west, thuis best (=waar je ook Bent, thuis voel je beter op je gemak)
- als katten muizen, mauwen ze niet (=wanneer je aan het eten Bent, praat je niet zoveel)
50 dialectgezegden bevatten `Bent`
- ... woar daë doar stoat (gê dommerik woar daë doar stoat) (=... die je Bent (jij domkop die je Bent)) (Kaprijks)
- 'T book is al òmgedraage. (=Je Bent te laat, alles is op.) (Roermonds)
- 't Book is um gedrage (=Je Bent te laat voor het eten) (Mechels (NL))
- 't book is um-gedrage (=je Bent te laat) (Heerlens)
- 't Fienste is oek jen oar zeker? (=Je Bent ook niet zo fijn van begrip zeker?) (Poperings)
- 't Mets in 't verke laote sjteake (=Niet afmaken waar je aan begonnen Bent) (Mechels (NL))
- 'tIs mar dagget wit (=Je Bent gewaarschuwd! / Knoop het goed in je oren!) (Ossendrechts)
- A'j ergens bint (=Als je ergens Bent) (Hoogeveens)
- A'j om t geald trouwd bint, he'j ne koo in n stal en n vearkn in berre! (=Als je om het geld Bent getrouwd heb je een koe in de stal en een varken in bed.) (Twents)
- A' j niks zegt, völt' t ok niet op da' j dom bunt. (=Als je niks zegt, valt het ook niet op dat je dom Bent) (Achterhoeks)
- aave klap is goe maar aave sjokolat deegt ni (=je Bent ongeloofwaardig) (Booms)
- afgaun: Da gaud a goed af (=Jij Bent daar de geschikte persoon voor) (Lebbeeks)
- agge innut schu (i) tje zit dan motte vaore (=blijven doorgaan nadat je begonnen Bent) (Oudenbosch)
- agge nie moak dagge weg bin (=als je niet maakt dat je weg Bent) (Geldermalsens)
- Ai lui bint doa kun ie niks an doon, maar ai meu bint is't oe eig'n schuld (=Als je lui Bent kun je niets aan doen, maar als je moe Bent is het je eigen schuld) (Twents)
- ammen ouw nie oien en de voordeur, moestem alt lest achter noar binnen (=je Bent een leuke meid) (Graauws)
- aot jn êrte vermag (=als je er mee akkoord Bent) (Kortemarks)
- as 'nne pestoeër boeëtermèllek dreenktj en 'nne boor wiên, staeke ze allebei-j in gein good vel (=doe je niet anders voor dan je Bent) (Weerts)
- As de katn moezt dan mieauwt ze nig (=Als je lekker aan het eten Bent) (Twents)
- as je over de kwoadampen ene binnen (=als je de midlifecrisis te boven Bent) (Urkers)
- As Slimmeke doeët is krig dzjéje ze jeske (=Je Bent niet al te snugger) (Hasselts)
- as't een 'ondje was dan woard'al gebeten / oo't een 'ondje gewist, ae oo au allang gebeten (=je Bent er vlakbij, het ligt / staat naast je) (Wichels)
- aste get adder bès, doert het ook get langer vër dich aut te rèste as vër dich miech te maoke (=als je oud Bent ben je rapper moe dan uitgerust) (Munsterbilzen - Minsters)
- aste loemp bés zulste al és aater het nèt vange (=als je zo lomp Bent als vis, kan je al eens bot vangen) (Munsterbilzen - Minsters)
- au ann'n stoan verkieërd (=je Bent onhandig) (Wichels)
- beder loat as nooit (=hoe dan ook, je Bent er) (Westerkwartiers)
- Ben je nou helemaal belatafeld (=Je Bent niet goed wijs) (Amsterdams)
- bende nouw eulemaol gek geworre (=je Bent niet goed man!) (Oudenbosch)
- besjijt dich mér nie! (=je Bent een angsthaas!) (Munsterbilzen - Minsters)
- bij dich lik meir as één pan los (=jij Bent nog zotter dan zot) (Munsterbilzen - Minsters)
- bis't oareg ien 'e ruu (=je Bent behoorlijk in de rui) (Westerkwartiers)
- bist 'n dikke dwelmscheet (=je Bent een treuzelaar eerste klas) (Westerkwartiers)
- brullende koei zèn zelden goei (=je Bent beter af met een stil meisje) (Arendonks)
- buuten daj zieëk ziet (=behalve je ziek Bent) (Veurns)
- D'r Piet Massief mankeren (=Je beter voordoen dan je Bent) (Mechels (NL))
- da vuil'm da ge der rondlopt (=wat Bent u een raar persoon) (Bredaas)
- daar taus nimei iëvër den dörpël te koëme (=je Bent bij mij niet meer welkom) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae et langste laef hètten heile werd on zen kloete (=je wordt schatrijk als je maar gek Bent om lang te werken) (Munsterbilzen - Minsters)
- dae kaartj, hèltj gein sjäöp (=je moet opletten als je aan het kaarten Bent) (Heitsers)
- dan witte gelijk waoraon en waoraf (=dan weet je waar je aan toe Bent) (Oudenbosch)
- dantaove deugt nie (=je Bent onhandig) (Kortemarks)
- dantoave deugt nie (=je Bent onhandig) (Lichtervelds)
- dat Bent gien grappen, dat Bent streken (=dat kan niet door de beugel) (Drents)
- dat geet tich goed aof (=je Bent er de juiste persoon voor) (Munsterbilzen - Minsters)
- Dat kries te esse zoa veursjneppetig bès (=Dat krijg je als je zo voorbarig Bent) (Gelaens (Geleens))
- de bès altijd zoe aad as zën haan, mér altijd adder dan zën taan (=je Bent maar zou oud als je je zelf voelt) (Munsterbilzen - Minsters)
- de bès e kaaf van Mozes of Mo-ziëve (=je Bent een nog grotere dommerik dan ik dacht) (Munsterbilzen - Minsters)
- de bès ë léstig mins (=je Bent een moeilijk en ambetant persoon) (Munsterbilzen - Minsters)
- de bès ë loemp kijke (=je Bent een dom kuiken) (Munsterbilzen - Minsters)
- de bès e verwènd joenk (=je Bent een stinkerd) (Munsterbilzen - Minsters)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen