Spreekwoorden met `vo`

Zoek


457 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `vo`

  1. voor het inkoppen hebben (=een eenvoudige kans om in een discussie een punt te maken dankzij een voorzet van een ander)
  2. voor het lapje gaan (=zeer voorspoedig gaan zonder problemen)
  3. voor het opscheppen hebben (=meer dan genoeg hebben, zonder er iets voor te moeten doen)
  4. voor het vaderland wegnemen (=zomaar wegnemen)
  5. voor het voetlicht (=in de aandacht)
  6. voor het zingen de kerk uit (=coïtus interruptus)
  7. voor heter vuren gestaan hebben (=al groter problemen gekend hebben)
  8. voor hetzelfde geld (=net zo goed)
  9. voor ieder gat een spijker hebben (=voor elk probleem een oplossing weten)
  10. voor iemand door het vuur gaan/vliegen (=voor iemand alles overhebben, zich opofferen)
  11. voor iemand in het krijt treden (=iemand helpen en verdedigen)
  12. voor iemand kruipen (=van iemand schrik hebben , slaafs alles doen wat hij vraagt)
  13. voor iemand of iets zijn petje afnemen (=ergens respect voor hebben)
  14. voor iets moeten bloeden (=de gevolgen moeten dragen)
  15. voor lief nemen (=aanvaarden)
  16. voor niets gaat de zon op (=alles kost geld en/of moeite)
  17. voor ogen (=er steeds weer aan denken)
  18. voor ogen houden/staan (=er steeds rekening mee blijven houden)
  19. voor paal/schut staan (=een blunder begaan voor de ogen van anderen (en schamen))
  20. voor Pampus liggen (=dronken of bewusteloos zijn)
  21. voor Sinterklaas spelen (=alle wensen vervullen, alles voor iedereen betalen)
  22. voor spek en bonen (=zonder enige betekenis)
  23. voor stoelen en banken praten (=maar weinigen die naar iemands verhaal luisteren)
  24. voor top en takel drijven (=scheepvaart : zonder een zeil te voeren)
  25. voor zijn eigen deur vegen (=zijn eigen problemen oplossen)
  26. voor zijn raap schieten (=voor het hoofd schieten)
  27. voor zijn roodkoperen zijn (=oud Haags voor: Alles is piekfijn in orde)
  28. voorbij de schout zijn deur mogen dragen (=wel gezien mogen worden)
  29. voorkomen is beter dan genezen (=door voorzichtig te zijn kun je problemen en ongelukken voorkomen)
  30. vooruit met de geit (=komaan, we doen voort.)
  31. voorzichtigheid is de moeder der wijsheid (=doe het voorzichtig, dan komt er geen schade)
  32. voorzichtigheid is de moeder van de porseleinkast (=door voorzichtig te zijn, gaan tere zaken langer mee)
  33. vorderen als een luis op een teerton (=erg moeizaam opschieten)
  34. waar het hart vol van is, loopt/vloeit/stroomt de mond van over (=waar men heel erg mee bezig is, daar wil men over praten)
  35. wat de vos niet weet, weet de haas ook niet (=het is moeilijk iets te weten als het je nooit verteld is)
  36. wat doe je voor de kost? (=hoe verdien je je geld?)
  37. wat voor vlees men in de kuip heeft (=wat voor iemand (of iets) het is)
  38. weten hoe de vork in de steel zit (=precies weten wat er gebeurd is)
  39. weten wat voor vlees men in de kuip heeft (=weten met wat voor iemand men te doen heeft)
  40. wie een kuil graaft voor een ander valt er zelf in (=wie een ander iets wil misdoen, kan er zelf het slachtoffer van worden)
  41. wie naar zijn moeder en vader niet hoort moet het kalfsvel volgen (=wie niet naar zijn ouders luistert, moet soldaat worden)
  42. wie niet horen wil, moet voelen (=wie niet luistert naar wijze raad, of wie ongehoorzaam is, zal de gevolgen wel aan den lijve ondervinden)
  43. wie voor een dubbeltje geboren is, wordt nooit een kwartje (=je kunt nooit boven de stand komen waarin je geboren bent. Arm geboren, zal wel arm blijven)
  44. wie voor het oortje geboren is, zal tot de stuiver niet geraken (=wie in een lage sociale klasse geboren is, zal niet in een hogere sociale klasse terechtkomen)
  45. wie vuur eet schijt vonken (=als men iets gevaarlijks onderneemt krijgt men nare gevolgen)
  46. wie weet waarom de ganzen blootsvoets gaan? (=alles heeft een reden, ook al is die niet altijd even duidelijk)
  47. wie zich voor hond verhuurt, moet de botten kluiven (=wie zich onderdanig gedraagt, wordt als knecht behandeld)
  48. zaken gaan voor het meisje. (=verplichtingen zijn belangrijker dan plezier)
  49. zijn schip voert te grote zeilen (=te veel geld uit geven)
  50. zo klaar als een klontje voor iemand zijn (=het helemaal begrijpen)

798 betekenissen bevatten `vo`

  1. tekortschieten (=iets onvoldoende hebben of kunnen doen)
  2. een ei in het nest laten (=iets op voorraad hebben)
  3. je eigen naad naaien (=iets op zijn eigen manier uitvoeren; eigenwijs zijn)
  4. vaart achter iets zetten (=iets snel (doen) uitvoeren)
  5. iets mannetje voor mannetje doen (=iets strikt volgens plan uitvoeren)
  6. iets achter de hand hebben (=iets ter beschikking hebben voor wanneer het nodig mocht zijn (bv nood))
  7. iets in zijn schild voeren (=iets van plan zijn, een geheim hebben, stilzwijgend een plan uitvoeren)
  8. iets in de schoot geworpen krijgen (=iets verkrijgen zonder al te veel moeite er voor te doen)
  9. met iets op de proppen komen (=iets vertellen, ermee voor de dag komen)
  10. er naar uitkijken als de pastoor naar het geld in het kerkenzakje (=iets vol verwachting tegemoet zien)
  11. met wortel en tak uitroeien (=iets volledig bestrijden om er geen last meer van te hebben)
  12. iets voor de kat zijn viool doen (=iets voor niets doen)
  13. er als een berg tegen opzien (=iets voor zichzelf beschouwen als een zeer moeilijke, of onplezierige, taak of omstandigheid)
  14. iets in het getouw zetten (=iets voorbereiden)
  15. troeven achter de hand houden (=iets voordeligs achterhouden, informatie achterhouden)
  16. er op hameren (=iets voortdurend benadrukken)
  17. een zware bevalling. (=iets waar je hard voor moet werken)
  18. een heilige koe (=iets waar je niet aan mag komen en zuinig op bent, voor sommige mensen is dat bijv. een auto)
  19. een witte raaf (=iets wat zelden voorkomt, een zeldzaamheid)
  20. met een metworst naar een zij spek gooien (=iets weinig waardevols opofferen om iets waardevols terug te krijgen)
  21. willen vliegen eer men vleugels heeft (=iets willen doen nog voor men het geleerd heeft)
  22. iets in geuren en kleuren vertellen (=iets zeer uitvoerig en gedetailleerd vertellen)
  23. iets zeggen om de kool (=iets zeggen voor de grap)
  24. een schot voor open doel. (=iets zo eenvoudig dat het bijna onmogelijk is om te falen)
  25. ik help je dat wensen (=ik hoop het wel voor je!)
  26. ik vond het niet zo bie (=ik vond het niet zo geweldig)
  27. nood zoekt list. (=in benarde situaties worden ongebruikelijke oplossingen gevonden)
  28. de rijzende/opgaande zon aanbidden (=in de gunst trachten te komen van iemand die succesvol is)
  29. een tien met een griffel en een zoen van de juffrouw (=in de volksmond: De beste beloning voor een 19e eeuws schoolkind)
  30. aan het langste eind trekken (=in de voordeligste positie zijn)
  31. het zwart op wit hebben (=in geschreven of gedrukte vorm. Gedocumenteerd)
  32. door dik en dun (=in goede en slechte tijden / alles overhebben voor iemand)
  33. in goede doen (=in goede vorm)
  34. op grote schaal (=in het groot , zeer veel voorkomend)
  35. een goeie vis moet drie keer zwemmen (=in het water, in de boter of kookvocht en in de wijn)
  36. in zijn vuistje lachen (=in jezelf ergens plezier hebben / Op ietwat stiekeme wijze ergens voordeel van hebben)
  37. in troebel water is het goed vissen (=in tijden van onlust of oorlog kan men gemakkelijk voordelen halen)
  38. op je tandvlees lopen (=in totale uitputting voortdoen, zijn laatste krachten gebruiken)
  39. een kat komt altijd op z`n pootjes terecht (=ingewikkelde en vervelende dingen kunnen vanzelf weer voor elkaar komen)
  40. van Lillo komen (=je dom houden. volgens de overlevering vindt dit gezegde zijn oorsprong in het (ontkennende) gedrag van de inwoners van Fort Lillo na een aan hen toegeschreven roofoverval op een boerderij te Waarde in 1579)
  41. je als een kat in een vreemd pakhuis voelen (=je ergens niet thuis voelen)
  42. de grote jan uithangen (=je groot voordoen)
  43. je laatste hemd aan hebben (=je hebt iets fout gedaan en er zal wat voor je zwaaien)
  44. je als een vis in het water voelen (=je helemaal op je plaats voelen)
  45. aan een dood paard trekken. (=je inspannen voor iets, dat tot mislukken gedoemd is)
  46. op een blind paard wedden. (=je inzetten voor iets wat gedoemd is te mislukken)
  47. beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald (=je kan beter iets voortijdig stoppen dan doorgaan tot het helemaal verkeerd gaat)
  48. leringen wekken maar voorbeelden trekken (=je kan mensen iets willen leren , maar geef vooral het goede voorbeeld)
  49. allemans vriend is iedermans nar (=je kan niet voor iedereen goed doen)
  50. je bedje is gespreid (=je komt in een situatie terecht waarin alles al voor je geregeld is)




Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen