Spreekwoorden met `der`

Zoek


356 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `der`

  1. zonder aanzien des persoons (=zonder iemand voor te trekken; zonder er rekening mee te houden om wie het gaat)
  2. zonder blikken of blozen (=onbeschaamd, zonder zich iets van anderen aan te trekken)
  3. zonder geluk vaart niemand wel (=alleen met hard werken komt men er niet, ook een beetje geluk is nodig om ergens te komen)
  4. zonder mijn en dijn zou de wereld hemels zijn (=jaloezie en hebzucht maken de wereld een stuk minder fraai)
  5. zonder slag of stoot (=zonder het minste probleem)
  6. zonder strijd, geen overwinning (=na grote inspanning wordt succes pas bereikt)

800 betekenissen bevatten `der`

  1. paarden vallen ook al hebben zij vier benen. (=iedereen maakt fouten)
  2. ieder vist op zijn getij (=iedereen maakt gebruik van het geschikte ogenblik)
  3. het beste paard struikelt ook wel eens. (=iedereen maakt wel eens een fout)
  4. aan elke goede visser ontsnapt wel eens een aal (=iedereen maakt wel eens een foutje)
  5. gedachten zijn tolvrij (=iedereen mag vrij denken wat diegene wil)
  6. met man en macht iets doen (=iedereen werkt hard mee)
  7. de hete aardappel doorspelen (=iemand anders de vervelende klus laten opknappen)
  8. door de neus boren (=iemand anders iets de mogelijkheid ontnemen)
  9. iemand voor paal zetten (=iemand belachelijk maken of vernederen.)
  10. iemand doodverven met iets (=iemand bestemd voor een post achten, iemand als de dader van iets afschilderen (doodverf is grondverf)[1])
  11. een goed woord voor iemand doen (=iemand bij een ander aanbevelen)
  12. iemand de ijzers aanleggen (=iemand boeien of onder grote druk zetten)
  13. iemand in de arm nemen (=iemand de hulp vragen om te ondersteunen)
  14. iemand iets in de mond geven (=iemand de mening van een ander laten geven in plaats van de eigen mening)
  15. een schurftig paard vreest de roskam (=iemand die aan iets schuldig is, heeft liever niet dat datgeen onderzocht wordt)
  16. zo oud als Methusalem zijn (=iemand die bijzonder oud is)
  17. een volle buik peinst op geen lege. (=iemand die genoeg te eten heeft is niet bezig is met de zorgen van een ander)
  18. iemand in het naadgaren komen (=iemand erg hinderen)
  19. iemand van het hoofd tot de voeten meten (=iemand heel nauwkeurig onderzoeken)
  20. iemand spreken door het oor van een turfmand (=iemand heimelijk spreken, zodat niemand anders het hoort)
  21. iemand in de ogen schijnen (=iemand hinderen)
  22. in iemands vaarwater zitten (=iemand hinderen of concurreren)
  23. iemand met de neus op de feiten drukken (=iemand iets zó onder de aandacht brengen, dat hij het niet langer kan negeren)
  24. iemand de ogen uitsteken (=iemand jaloers maken door de aandacht te vestigen op iets wat men heeft, en wat de ander ontbreekt)
  25. iemand bijspijkeren (=iemand met geld of kennis ondersteunen)
  26. iemands bloed wel kunnen drinken (=iemand niet mogen en daardoor alles doen om die persoon te hinderen)
  27. iemand geen vingerbreed in de weg leggen (=iemand niets in de weg leggen , absoluut niet hinderen)
  28. iemand het vuur na aan de schenen leggen (=iemand onder druk zetten)
  29. iemand het mes op de keel zetten (=iemand onder zware druk zetten)
  30. iemand geen haarbreed in de weg leggen (=iemand op geen enkele manier ergens mee hinderen of tegenhouden)
  31. iemand de duimschroeven aanzetten (=iemand scherp ondervragen, onder grote druk zetten)
  32. op de proppen helpen (=iemand steunen en verder helpen)
  33. iemand de pas afsnijden (=iemand verhinderen een bepaalde actie uit te voeren)
  34. zien eten doet eten. (=iemand zien eten bevordert de eigen eetlust.)
  35. een voetveeg zijn (=iemand zijn die voor minderwaardige klusjes gebruikt wordt)
  36. zo de wind waait, waait zijn jasje (=iemand zonder principes, die zonder eigen mening anderen naar de mond praat)
  37. de pret alleen hebben (=iemands plezier bederven)
  38. de steen des aanstoots (=iets dat anderen hindert, in conflict brengt of verdeeldheid zaait)
  39. pluimen in de wind waaien (=iets doen zonder na te denken)
  40. er je eigen plasje overheen doen (=iets een beetje veranderen zodat helemaal naar je zin is. In werksituaties kan dit soms uit de hand lopen, als er veel belanghebbers zijn die allemaal hun eigen plasje over een document willen doen. Het kan dan resulteren in een onleesbare tekst.)
  41. iets voor zoete koek aannemen (=iets geloven wat je hoort of ziet zonder kritisch te zijn.)
  42. iets voetstoots aannemen (=iets geloven zonder bewijs)
  43. iets op zijn beloop laten (=iets gewoon maar verder laten gaan zonder dat je je ermee bemoeit, zonder dat je ingrijpt)
  44. rozen voor de varkens/zwijnen strooien (=iets goed doen voor mensen die dat niet waarderen)
  45. goedkoop is duurkoop (=iets goedkoops kan later kosten veroorzaken, bijvoorbeeld door slechte werking, reparaties of onderhoud)
  46. van zijn mast een schoenpin maken (=iets goeds bederven om iets van weinig waarde te bekomen)
  47. er de boot mee ingaan (=iets hebben ondernomen, dat tot een totale mislukking heeft geleid)
  48. als een tang op een varken slaan (=iets heeft totaal niets met een besproken onderwerp te maken)
  49. de overhand hebben (=iets is meer aanwezig dan het ander / meer invloed hebben)
  50. dat wast al het water van de zee niet af (=iets is niet meer te veranderen/aan te passen)

30 dialectgezegden bevatten `der`

  1. wat doo-j der an (=wat doe je er aan) (Twents)
  2. Wat ha der gèèn Niks. Niks, da's goed èn d' oge! (=Wat heeft u graag Niks. Niks, dat is goed in de ogen) (Genker)
  3. we gaon der moetn dn duum up oedn (=we zullen hem moeten intomen) (Kortemarks)
  4. Wee klook is, heurt één woord en begrip der twee (=Een goed verstaander heeft een half woord nodig) (Twents)
  5. Wen der s*x mer goot is (=Maak je niet druk) (Nijswillers)
  6. Wês in sinnestriel, in oar hat der ferlet fan. (=Wees een zonnestraal, een ander knapt er van op) (Fries)
  7. wievm begin der noeit aan zei mien opa altied (=vrouwen begin er nooit aan zij mijn opa altijd) (Gronings)
  8. Woar bi'j der iene van (=Waar ben jij er een van) (Sallands)
  9. woar dat er zulken hondn bassn zijn der menschen thuis (=waar men dit geluid hoort (van blaffende honden) zijn er mensen thuis) (Ursels)
  10. Woar ziede gej der enne van? (=Van welke familie ben jij?) (Siebengewalds)
  11. wrijf ès goed dër zen ooge (=kijk eens goed) (Munsterbilzen - Minsters)
  12. ze dachtuh dah ze der waereh, maar ze waereh der noh nieh (=ze dachten het WK voetbal te winnen) (arnhems)
  13. ze emme em der onder gelei (=Iemand begraven) (Londerzeels)
  14. ze goan der ne stok an één (=ze zullen zich misrekenen) (Lichtervelds)
  15. ze lit t nie an der had drohen (=trotse vrouw) (Zeeuws)
  16. Ze zein der mee wieppes (=Zij zijn ermee weg) (Bevers)
  17. ze zèn daor zo èèrm, de kènder hèbbe gineens gin broek òn der gat. (=dat gezin is zo arm als de mieren) (Tilburgs)
  18. Ze zitte der goe veu (=Zij zijn welgesteld) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
  19. zeet mer, desse der mit klaor kumst (=kijk maar, dat je het geregeld krijgt) (Heldens)
  20. zeje der au valies getorren (=ben je gek geworden) (Aalsters)
  21. zën kènnër groeje nie snellër dër ze mèt hun hoêr te trèkke (=geduld is een mooie deugd) (Munsterbilzen - Minsters)
  22. zen snië dër de pan sloore (=zijn boterham dik door het pannevet trekken) (Munsterbilzen - Minsters)
  23. Zi schiet och hoewger as der goat zit. (=Zij is verwaand) (Budels)
  24. Zich urges der langs sjoere. (WT) (=Zich aan iets onttrekken) (Mechels (NL))
  25. ziech der kül bieëne (=luieren) (Kerkraads)
  26. zo da? (=hoe ligt dat in de lijn der verwachtingen?) (Bredaas)
  27. zo hard dat ge der un zicht op kunt haren (=keihard) (Genneps)
  28. zoe goeje koop kumpste dër nie vanaof (=dat zet ik je nog wel eens betaald) (Munsterbilzen - Minsters)
  29. zonner schmink trek der ooch op niks (=zonder maquillage ben je ook niet mooi) (Heusdens)
  30. Zou ' t?? (=Ligt dat in de lijn der verwachtingen?) (Steins)




Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen