• Weg (straat) (Hierdens)   • wieg (Brees)   • weg (Hasselts)   • weg (Overpelts)   • weg (Neerpelts)   • weg (Kanners)  
Toon alle 32 dialectwoorden

• wachten tot je een ons weegt (=onmogelijk lang wachten)
• een stofje aan een weegschaal zijn (=iets erg onbelangrijks zijn)
Naar de spreekwoorden

• 'Weeg' is een buurtschap
• (molen) beplanking van het onderste gedeelte van achtkant.
• [Vergeten woorden] (m.) wand, muur [~ wei ‘wand’, wede, wijde, wijm ‘wilg; wilgenteen’, wanden waren vanouds vaak beleemde vlechtwerken van wilgentenen]
• 1) Muur 2) Wand 3) Plaats in Noord-Brabant 4) Plaats in de Benelux
• op het punt - Voorbeeld: ‘Hij was te weeg het baantje neer’

Toon uitgebreidere definities

• weegapparatuur• weegbaar• weegbree• weegbrug• weeghaak• weegkamer• weegkunde• weegloon• weegschaal• weegsensor• weegstoel

weeg (wand)

Zoek weeg op Woordenlijst.org
Zoek weeg op Google
Zoek weeg op Wikipedia