verzieken

werkw.
Uitspraak:  [vər'zikə(n)]
Afbreekpatroon:  ver·zie·ken
Vervoegingen:  verziekte (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft verziekt (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

verpesten door vervelend te zijn
Voorbeeld:  `Hun achterbaks gedrag verziekt de hele sfeer.`


Synoniemen
bederven   in de war sturen   nekken   ruïneren   stukmaken   verbroddelen   verklungelen   verknallen   verknoeien   verpesten   

2 definities op Encyclo
  • er verkeerd mee omgaan en er zo schade aan toebrengen vb: de sfeer werd verziekt door zijn gemopper Synoniemen: bederven verknoeien verpesten
  • 1) Verknoeien 2) Verknallen 3) Verklungelen 4) Nekken 5) Bederven 6) Verpesten 7) Verbroddelen 8) Stukmaken 9) Bederven (volkstaal) 10) Ruïneren
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van verzieken?
De verleden tijd van verzieken is 'verziekte'. Het voltooid deelwoord is 'heeft verziekt'.
Wat betekent verzieken?
'verpesten door vervelend te zijn'
Hoe spel je verzieken?
verzieken spel je V E R Z I E K E N
Wat is een ander woord voor verzieken?
Andere woorden voor verzieken zijn bederven, in de war sturen, nekken, ruïneren, stukmaken, verbroddelen, verklungelen, verknallen, verknoeien en verpesten.

Op andere websites
Zoek verzieken op Woordenlijst.org
Zoek verzieken op Google
Zoek verzieken op Wikipedia