vanbuiten

bijv.naamw.
Uitspraak:  [vɑm'bœytə(n)]
Afbreekpatroon:  van·bui·ten

1) aan de buitenkant
Voorbeeld:  `Vanbuiten lijkt het mij een mooi huis.`
Antoniem:  vanbinnen

2) van de buitenkant af bijwoord van plaats
Voorbeeld:  `Die bal kwam vanbuiten.`

3) uit het hoofd zegswijze
Voorbeeld:  `Je huiswerk vanbuiten leren.`


2 definities op Encyclo
  • •aan de buitenzijde.
  • 1) Bijwoord
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat betekent vanbuiten?
'aan de buitenkant' en 'van de buitenkant af' en 'uit het hoofd'
Hoe spel je vanbuiten?
vanbuiten spel je V A N B U I T E N

Op andere websites
Zoek vanbuiten op Woordenlijst.org
Zoek vanbuiten op Google
Zoek vanbuiten op Wikipedia