de uitbater

zelfst.naamw. (m.)

de uit|baatster

zelfst.naamw.

iemand die geld verdient aan of met (iets)

Voorbeelden:	`de uitbater van een café`, `de uitbater van een sporthal`
Synoniem:	exploitant

Synoniemen

5 definities op Encyclo

1) Exploitant 2) Beheerder 3) Gerant
De Uitbater is de eigenaar, exploitant of ondernemer. De Uitbater is de persoon die een zaak uitbaat, die de leiding heeft over de bedrijfsactiviteiten. Vaak is dit ook de eigenaar van het bedrijf, maar ook kan de eigenaar iemand in dienst hebben die de dagelijkse leiding in handen heeft. Dit komt bijvoorbeel...
groei en conjunctuur, markten en prijzen: persoon die de zaak uitbaat, leiding heeft over bedrijfsactiviteiten. Bijv. feitelijk ...
iemand die of man die voor zijn beroep een bedrijf exploiteert van een veelal beperkte schaalgrootte, zoals een horecavoorziening, een winkel, een supermarkt of tankstation e.d.; exploitant iemand die of man die de bedrijfsvoering van een zaak onder eigen verantwoordelijkheid en beheer voert, in tegenstelling...
ondernemingsrecht: persoon die een zaak uitbaat, leiding heeft over bedrijfsactiviteiten. Bijv. feitelijk had ~ J. Veerman ...

Deze woorden eindigen op uitbater:

Taaladvies

Met of zonder tussenstreepje; schrijf je een koppelteken bij een klinkerbotsing tussen de delen van een samenstelling? Zie café-uitbater / café uitbater
Schrijf je hotel-restaurantuitbater met een koppelteken? Zie hotel-restaurantuitbater
Schrijf je kastelein met ei of ij? Zie kastelein / kastelijn

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

Het is 'de uitbater', want uitbater is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die uitbater'.

Het meervoud van uitbater is 'uitbaters'. Eén uitbater, twee uitbaters.

'iemand die geld verdient aan of met (iets)'

uit|baatster spel je U I T Hoofdletter-| B A A T S T E R

Een ander woord uit|baatster is beheerder.

Op andere websites