de technieker
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | ['tɛxnikər] |
| Afbreekpatroon: | tech·nie·ker |
| Verbuigingen: | techniekers (meerv.) |
deskundige op het gebied van de techniek | Voorbeelden: | `technieker elektronica`, `pc-technieker` | |
| Synoniem: | technicus |
1 definitie op Encyclo
Toon uitgebreidere definitiesTaaladvies
Is
technieker een correct woord?
Zie Technieker / technicus / monteurVraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de technieker' of 'het technieker'?
Het is 'de technieker', want technieker is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die technieker'.
Wat is het meervoud van technieker?
Het meervoud van technieker is 'techniekers'. Eén technieker, twee techniekers.
Wat betekent technieker?
'deskundige op het gebied van de techniek'
Hoe spel je technieker?
technieker spel je T E C H N I E K E R Op andere websites
Zoek
technieker op Woordenlijst.org
Zoek
technieker op Google
Zoek
technieker op Wikipedia