suizen

werkw.
Uitspraak:  [ˈsœyzə(n)]
Afbreekpatroon:  sui·zen
Vervoegingen:  suisde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gesuisd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) een zacht blazend geluid maken
Voorbeeld:  `De wind suist langs mijn oren.`

2) snel voortbewegen zonder veel geluid te maken
Voorbeeld:  `De wielrenners suizen door het dorp.`
Synoniem:  zoeven


Synoniemen
ritselen   ruisen   stuiven   suizelen   zoeven   

5 definities op Encyclo
  • snel door de lucht bewegen vb: Ramon suisde voorbij op zijn racefiets Synoniem: zoeven blazend geluid maken vb: de gaslamp suist altijd een beetje
  • 1) Tuiten 2) Tuitelen 3) Ritselen 4) Ruisen 5) Zacht ruisen 6) Zoemen 7) Sissen in de oren 8) Snorren 9) Zuchten 10) Pluizen 11) Suizelen 12) Geluid van de wind 13) Een zacht blazend geluid maken 14) Gonzen 15) Stuiven
  • Suizen is sissen of fluiten. [basiswoordenlijst groep 5]
  • zacht ruisen
  • zacht ruisen Jaar van herkomst: 1599 (Kil. )
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met suizen:
suizend

Deze woorden eindigen op suizen:
oorsuizen

Herkomst volgens etymologiebank.nl
suizen (zacht ruisen)

Taaladvies
(verleden tijd) Is het Hij suiste van de helling of Hij suisde van de helling? Zie D / t

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van suizen?
De verleden tijd van suizen is 'suisde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gesuisd'.
Wat betekent suizen?
'een zacht blazend geluid maken' en 'snel voortbewegen zonder veel geluid te maken'
Hoe spel je suizen?
suizen spel je S U I Z E N
Wat is een ander woord voor suizen?
Andere woorden voor suizen zijn ritselen, ruisen, stuiven, suizelen en zoeven.

Op andere websites
Zoek suizen op Woordenlijst.org
Zoek suizen op Google
Zoek suizen op Wikipedia