steigeren

werkw.

Uitspraak:	[ˈstɛixərə(n)]
Afbreekpatroon:	stei·ge·ren
Vervoegingen:	steigerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft gesteigerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) (van paarden) rechtop op de achterbenen gaan staan

Voorbeeld:

`Toen het paard schrok, ging het steigeren.`

2) (van mensen) woedend protesteren

Voorbeeld:	`De dreigende belastingverhoging doet de ondernemers steigeren.`
Synoniem:	op je achterste benen gaan staan

Zie ook:

Synoniemen

5 definities op Encyclo

op de achterste benen staan, met de voorste in de lucht vb: het paard steigerde voor de eerste hindernis zij steigerde toen ze dat hoorde [protesteerde heftig]
1) Omhooggaan 2) Protesteren 3) Verheffen 4) Verontwaardigd reageren 5) Opstuiven 6) Klimmen 7) Bokken 8) Op de achterpoten overeind gaan staan 9) Opspringen 10) Op zijn achterste benen staan 11) Op zijn achterste benen gaan staan 12) Op de achterpoten staan 13) Op je achterste benen gaan staan
op de achterbenen gaan staan (van paarden)
op de achterbenen gaan staan (van paarden) Jaar van herkomst: 1839 (WNT )
Steigeren is het wild op de achterpoten gaan staan van paarden. [basiswoordenlijst groep 4]

Deze woorden beginnen met steigeren:

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van steigeren is 'steigerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gesteigerd'.

'(van paarden) rechtop op de achterbenen gaan staan' en '(van mensen) woedend protesteren'

steigeren spel je S T E I G E R E N

Andere woorden voor steigeren zijn bokken, bokkig zijn, fel reageren, op je achterste benen gaan staan en protesteren.

Op andere websites

Recentelijk gezocht