de stationcar

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	['steʃənkɑ:r]
Afbreekpatroon:	sta·ti·on·car
Verbuigingen:	stationcars (meerv.)

grote personenauto met achterin relatief veel ruimte voor goederen of personen

Voorbeeld:

`een stationcar hebben omdat je een winkel hebt`

• personenwagen met rechte achterkant vb: het hele gezin met alle bagage past in deze stationcar Synoniem: combi
• 1) Vervoermiddel 2) Combinatiewagen 3) Bestelwagen 4) Combiwagen 5) Wegvoertuig 6) Combi 7) Voertuig 8) Wagen dubbel gebruik 9) Personenauto met achterklep en grote laadruimte 10) Personenauto met uigebouwde achterzijde 11) Auto 12) Grote personenauto 13) Grote personenwagen
• Gesloten auto's met een verlengde achterkant van dezelfde hoogte, waarin één of meer meestal opklapbare of uitneembare banken zijn geplaatst achter de bestuurdersplaats; voorzien van een open ruimte achteraan voor het bergen van grote voorwerpen en een achterklep voor toegang tot die laadruimte
• personenauto met uitgebreide achterzijde
• personenauto met uitgebreide achterzijde Jaar van herkomst: 1953 (Aanv WNT )

Toon uitgebreidere definities

stationcar (personenauto met grote bagageruimte)

Is het 'de stationcar' of 'het stationcar'?

Het is 'de stationcar', want stationcar is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die stationcar'.

Wat is het meervoud van stationcar?

Het meervoud van stationcar is 'stationcars'. Eén stationcar, twee stationcars.

Wat betekent stationcar?

'grote personenauto met achterin relatief veel ruimte voor goederen of personen'

Hoe spel je stationcar?

stationcar spel je S T A T I O N C A R

Zoek stationcar op Woordenlijst.org
Zoek stationcar op Google
Zoek stationcar op Wikipedia