soezen

werkw.

Uitspraak:	['suzə(n)]
Afbreekpatroon:	soe·zen
Vervoegingen:	soesde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft gesoesd (volt.deelw.)

suf zijn en bijna in slaap vallen

Voorbeeld:	`in bad soezen`
Synoniem:	suffen

doezelen   dommelen   dutten   gedoezel   gedommel   gesoes   sluimeren   

• 1) Indommelen 2) Knikkebollen 3) In gedachten verzonken zijn 4) Mijmeren 5) Indutten 6) Suffen 7) Gesoes 8) Lekker slapen 9) Druilen 10) Dromen 11) Gedoezel 12) Gedommel 13) Uilen 14) Uiltje knappen 15) Licht slapen 16) Luimen 17) Doezelen 18) Slapen 19) Sluimeren 20) Dommelen 21) Dubben 22) Zoetigheden
• suffen Jaar van herkomst: 1858 (WNT )
• suizen - Voorbeeld: In haar hoofd soesde en ruiste alles nog zo vers, in beurtelings twijfelen en toegeven, ze kon er niet aan geloven

Toon uitgebreidere definities

soezen (suffen, dommelen)

Wat is de verleden tijd van soezen?

De verleden tijd van soezen is 'soesde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gesoesd'.

Wat betekent soezen?

'suf zijn en bijna in slaap vallen'

Hoe spel je soezen?

soezen spel je S O E Z E N

Wat is een ander woord voor soezen?

Andere woorden voor soezen zijn doezelen, dommelen, dutten, gedoezel, gedommel, gesoes en sluimeren.

Zoek soezen op Woordenlijst.org
Zoek soezen op Google
Zoek soezen op Wikipedia