snikken

werkw.
Uitspraak:  [ˈsnɪkə(n)]
Afbreekpatroon:  snik·ken
Vervoegingen:  snikte (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gesnikt (volt.deelw.)

huilen
Voorbeelden:  `zitten snikken van verdriet`,
`'Ik heb me bezeerd' snikte ze.`


Synoniemen
gesnik   grienen   hikken   huilen   janken   snotteren   

Intensiveringen
Hoe kun je met snikken een ander begrip versterken?
snikheet;

5 definities op Encyclo
  • huilen waarbij je stotend ademhaalt vb: plotseling begon ze verdrietig te snikken
  • 1) Hikkend wenen 2) Nokken 3) Ademhalend huilen 4) Huilen 5) Ingehouden huilen 6) Snotteren 7) Schreien 8) Uiting van smart 9) Janken 10) Hikkend huilen 11) Wenen 12) Grienen 13) Uiting van droefheid 14) Lichaamswerking 15) Gesnik 16) Hikken wenen 17) Hikken
  • krampachtige bewegingen maken, krampachtig ademen; (Vlaams) verstikken
  • krampachtige bewegingen maken, krampachtig ademen Jaar van herkomst: 1552 (Claes )
  • Snikken is huilen, tranen plengen van verdriet. [basiswoordenlijst groep 4]
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
snikken (hikkend huilen)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van snikken?
De verleden tijd van snikken is 'snikte'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gesnikt'.
Wat betekent snikken?
'huilen'
Hoe spel je snikken?
snikken spel je S N I K K E N
Wat is een ander woord voor snikken?
Andere woorden voor snikken zijn gesnik, grienen, hikken, huilen, janken en snotteren.

Op andere websites
Zoek snikken op Woordenlijst.org
Zoek snikken op Google
Zoek snikken op Wikipedia