de schoonzoon

zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak:  [ˈsxonzon]
Afbreekpatroon:  schoon·zoon
Verbuigingen:  schoonzoons, schoonzonen (meerv.)

man met wie je kind getrouwd is


7 definities op Encyclo
  • , behuwdzoon, echtgenoot van een dochter.
  • • [familie] de man van een dochter of zoon.
  • de man van je dochter vb: mijn schoonzoon is een aardige jongen
  • 1) Aangetrouwd familielid 2) Vent (volkstaal) 3) Familielid 4) Behuwdzoon 5) Gozer (volkstaal)
  • behuwdzoon
Toon uitgebreidere definities

Taaladvies
Kun je je zwager ook je schoonbroer noemen? Zie Zwager / schoonbroer

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de schoonzoon' of 'het schoonzoon'?
Het is 'de schoonzoon', want schoonzoon is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die schoonzoon'.
Wat is het meervoud van schoonzoon?
Het meervoud van schoonzoon is 'schoonzoons' maar ook 'schoonzonen'.
Wat betekent schoonzoon?
'man met wie je kind getrouwd is'
Hoe spel je schoonzoon?
schoonzoon spel je S C H O O N Z O O N

Op andere websites
Zoek schoonzoon op Woordenlijst.org
Zoek schoonzoon op Google
Zoek schoonzoon op Wikipedia