rondgaan

werkw.

Uitspraak:	['rɔntxan]
Afbreekpatroon:	rond·gaan
Vervoegingen:	ging rond (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	is rondgegaan (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

bij alle aanwezigen (laten) passeren of je in verschillende richtingen bewegen

Voorbeelden:

`De prof liet aan het begin van elk college een blad rondgaan waarop de studenten hun naam moesten schrijven.`, `Rondgaan met een fles champagne om lege glazen bij te vullen.`, `in je buurt rondgaan om wafels te verkopen voor het goede doel`

circuleren   rondoen   

• met de pet rondgaan (=geld inzamelen)
Naar de spreekwoorden

Hoe kun je rondgaan krachtiger uitdrukken?
rondgaan als een lopend vuurtje;

• 1) Bezichtigen 2) Waren 3) Hoeden 4) Dolen 5) Zich in een kring bewegen 6) In de rondte gaan 7) Omgaan 8) Circuleren 9) Dwalen 10) Ronddwalen 11) Om iets heen lopen
• 1> min of meer op de plaats zelf, het schip ca. 180 graden laten draaien. Gerelateerde term: zwaaien. 2> van stroomopwaarts naar stroomafwaarts gaan varen. Zie ook kop voor nemen. Gerelateerde term: opdraaien.

Toon uitgebreidere definities

Wat is juist: verloren gaan of verlorengaan? Zie Verlorengaan / verloren gaan

Wat is de verleden tijd van rondgaan?

De verleden tijd van rondgaan is 'ging rond'. Het voltooid deelwoord is 'is rondgegaan'.

Wat betekent rondgaan?

'bij alle aanwezigen (laten) passeren of je in verschillende richtingen bewegen'

Hoe spel je rondgaan?

rondgaan spel je R O N D G A A N

Wat is een ander woord voor rondgaan?

Andere woorden voor rondgaan zijn circuleren en rondoen.

Zoek rondgaan op Woordenlijst.org
Zoek rondgaan op Google
Zoek rondgaan op Wikipedia