prakkiseren

werkw.
Uitspraak:  [prɑki'zerə(n)]
Afbreekpatroon:  prak·ki·se·ren
Vervoegingen:  prakkiseerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft geprakkiseerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

onrustig en zorgelijk nadenken
Voorbeeld:  `We hebben er lang over geprakkiseerd en eigenlijk zijn we er nog steeds niet uit.`
Synoniemen:  piekeren, tobben


Synoniemen
bedenken   denken   dubben   nadenken   peinzen   piekeren   

3 definities op Encyclo
  • (be)denken
  • (be)denken Jaar van herkomst: 1720 (WNT )
  • 1) Nadenken 2) Peinzen 3) Piekeren 4) Bedenken 5) Uitdenken 6) Denken 7) Dubben
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
prakkiseren = praktiseren

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van prakkiseren?
De verleden tijd van prakkiseren is 'prakkiseerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geprakkiseerd'.
Wat betekent prakkiseren?
'onrustig en zorgelijk nadenken'
Hoe spel je prakkiseren?
prakkiseren spel je P R A K K I S E R E N
Wat is een ander woord voor prakkiseren?
Andere woorden voor prakkiseren zijn bedenken, denken, dubben, nadenken, peinzen en piekeren.

Op andere websites
Zoek prakkiseren op Woordenlijst.org
Zoek prakkiseren op Google
Zoek prakkiseren op Wikipedia