ongestoord

bijv.naamw.

Uitspraak:	[ɔnxə'stort]
Afbreekpatroon:	on·ge·stoord

zonder dat iets je lastigvalt of hindert

Voorbeelden:	`Hij dacht dat hij ongestoord zijn gang kon blijven gaan.`, `Ze heeft daar drie maanden ongestoord aan haar eerste verhalenbundel kunnen werken.`
Synoniem:	ongehinderd

onafgebroken   onbewolkt   ongehinderd   ongemoeid   ononderbroken   onverstoord   rustig   vrijuit   

• 1) Zacht 2) Ongehinderd 3) Rustig 4) Rustig, vredig 5) Kalm 6) Zonder belemmering 7) Kalmpjes 8) Stoorloos 9) Onbewolkt 10) Niet door iets afgebroken 11) Sereen 12) Onverstoord 13) Ononderbroken 14) Ongemoeid 15) Niet afgebroken 16) Zonder belemmeringen 17) Onbelet 18) Onbelemmerd 19) Onafgebroken 20) Vredig

Toon uitgebreidere definities

Wat betekent ongestoord?

'zonder dat iets je lastigvalt of hindert'

Hoe spel je ongestoord?

ongestoord spel je O N G E S T O O R D

Wat is een ander woord voor ongestoord?

Andere woorden voor ongestoord zijn onafgebroken, onbewolkt, ongehinderd, ongemoeid, ononderbroken, onverstoord, rustig en vrijuit.

Zoek ongestoord op Woordenlijst.org
Zoek ongestoord op Google
Zoek ongestoord op Wikipedia