de nazaat

zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak:  ['nazat]
Afbreekpatroon:  na·zaat
Verbuigingen:  nazaten (meerv.)

iemand die (een genoemde ander) als voorouder heeft
Voorbeeld:  `Hij beweert dat hij een nazaat van Willem II is.`
Synoniemen:  afstammeling, nakomeling


Synoniemen
afstammeling   nakomeling   telg   

4 definities op Encyclo
  • wie bij een bepaalde familie of een bepaald geslacht hoort vb: er zijn geen meisjes onder zijn nazaten Synoniemen: telg afstammeling nakomeling
  • 1) Achterkleinkind 2) Achterachterkleinkind 3) Kind 4) Nakroost 5) Descendent 6) Naneef 7) Nageslacht 8) Nakomeling 9) Telg 10) Aver 11) Afstammeling 12) Afkomeling
  • nakomeling
  • nakomeling Jaar van herkomst: 1425-1430 (MNW )
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
nazaat (nakomeling)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de nazaat' of 'het nazaat'?
Het is 'de nazaat', want nazaat is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die nazaat'.
Wat is het meervoud van nazaat?
Het meervoud van nazaat is 'nazaten'. Eén nazaat, twee nazaten.
Wat betekent nazaat?
'iemand die (een genoemde ander) als voorouder heeft'
Hoe spel je nazaat?
nazaat spel je N A Z A A T
Wat is een ander woord voor nazaat?
Andere woorden voor nazaat zijn afstammeling, nakomeling en telg.

Op andere websites
Zoek nazaat op Woordenlijst.org
Zoek nazaat op Google
Zoek nazaat op Wikipedia