meedoen

werkw.

Uitspraak:	['medun]
Afbreekpatroon:	mee·doen
Vervoegingen:	deed mee (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft meegedaan (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

doen met anderen samen

Voorbeeld:

`Mag ik met jullie meedoen?`

deelnemen   meespelen   participeren   tegenwerken (antoniem)   

Hoe kun je meedoen krachtiger uitdrukken?
onvoorwaardelijk meedoen
Uitdrukkingen die meedoen betekenen (waarin het woord zelf niet voorkomt):
de arena betreden;

• • [inerg] tegelijk met anderen iets doen.
• samen met anderen iets doen vb: mag ik meedoen met dat spel?
• 1) Participeren 2) Deelnemen aan 3) Zich vermaken 4) Meespelen 5) Deelnemen (aan iets) 6) Van de partij zijn 7) Deelnemen 8) Deelgenoot zijn
• aan iets deelnemen

Toon uitgebreidere definities

meedoen

Wat is de verleden tijd van meedoen?

De verleden tijd van meedoen is 'deed mee'. Het voltooid deelwoord is 'heeft meegedaan'.

Wat betekent meedoen?

'doen met anderen samen'

Hoe spel je meedoen?

meedoen spel je M E E D O E N

Wat is een ander woord voor meedoen?

Andere woorden voor meedoen zijn deelnemen, meespelen en participeren.

Wat is het tegenovergestelde van meedoen?

Een antoniem van meedoen is tegenwerken.

Zoek meedoen op Woordenlijst.org
Zoek meedoen op Google
Zoek meedoen op Wikipedia