de lijst

zelfst.naamw. (m./v.)

Uitspraak:	[lɛist]
Verbuigingen:	lijsten (meerv.)

1) rij woorden, namen of getallen onder elkaar

Voorbeelden:	`adreslijst`, `boodschappenlijstje`, `ledenlijst`
verlanglijstje	(opsomming van dingen die je zou willen (hebben))
een lijst langslopen	(alle elementen op een lijst één voor één lezen of opnoemen)

2) rand om een schilderij of een spiegel

Voorbeeld:

`een vergulde lijst`

aaneenschakeling   kader   ledenlijst   lijst van gegevens   omlijsting   omranding   opgaaf   opgave   opnoeming   opsomming   overzicht   raam   rand   register   schilderijlijst   staat   staatje   tabel   

• •een opsomming van zaken die onder elkaar staan. •een rand in een speciale vorm om iets in te vatten, zoals een schilderij. •een kader of omtrek. •een vooruitspringende rand aan een gebouw.
• opsomming of rij van woorden, getallen, namen, enzovoort vb: ik heb hier een lijst met dertig namen zwarte lijst [opsomming van personen die iets verkeerd gedaan hebben]
• (sierlijst) Een lijst is een uitspringende strook of rand, meestal voorzien van een profilering. Wanneer er geen profilering aanwezig is spreken we van een band of anders gezegd een band is een lijst zonder een profilering.
• 1) Notitie 2) Omlijsting van een schilderij 3) Omranding 4) Omtrek 5) Omvatting 6) Blad met notities 7) Ceel 8) Menu 9) Melktobbe 10) Uitstekende rand 11) Schriftelijke opsomming 12) Schilderijlijst 13) Schilderijkader 14) Overzicht van taken of items 15) Overzicht 16) Omlijsting 17) Agenda 18) Sent
• Een geordende opsomming van gegevens.

Toon uitgebreidere definities

• lijstaanvoerder• lijstduwer• lijsterbes• lijsttrekker• lijsttrekkerschap• lijsttrekkerschapsverkiezing• lijsttrekkersdebat• lijsttrekkersverkiezing• lijsttrommel• lijstuitputting• lijstverbinding• lijstwerk

• adreslijst• bangalijst• boodschappenlijst• fotolijst• groslijst• hitlijst• loonlijst• passagierslijst• ranglijst• spellingwoordenlijst• transferlijst• wachtlijst• wereldranglijst• woordenlijst• zaadlijst• wensenlijst• waslijst• waardelijst• vragenlijst• voorraadlijst

lijst (rand)

1. Schrijf je inlijsten met ei of ij? Zie inlijsten / inleisten
2. Schrijf je lijst (= opsomming, schilderijlijst, deurlijst) met ei of ij? Zie lijst / leist
3. Schrijf je omlijsten met ei of ij? Zie omlijsten / omleisten

Is het 'de lijst' of 'het lijst'?

Het is 'de lijst', want lijst is mannelijk en vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die lijst'.

Wat is het meervoud van lijst?

Het meervoud van lijst is 'lijsten'. Eén lijst, twee lijsten.

Wat betekent lijst?

'rij woorden, namen of getallen onder elkaar' en 'rand om een schilderij of een spiegel'

Hoe spel je lijst?

lijst spel je L I J S T

Wat is een ander woord voor lijst?

Andere woorden voor lijst zijn aaneenschakeling, kader, ledenlijst, lijst van gegevens, omlijsting, omranding, opgaaf, opgave, opnoeming, opsomming, overzicht, raam, rand, register, schilderijlijst, staat, staatje en tabel.

Zoek lijst op Woordenlijst.org
Zoek lijst op Google
Zoek lijst op Wikipedia