• zes kruisjes hebben (=60 jaar oud zijn) • wie zijn eigen tuintje wiedt, ziet het onkruid van een ander niet (=het is beter om energie te steken in het verbeteren van jezelf, dan in het bekritiseren van anderen) • weten waar de aal kruipt (=de ware bedoelingen van iemand doorzien) • voor iemand kruipen (=van iemand schrik hebben , slaafs alles doen wat hij vraagt) • tegen de dood is geen kruid gewassen. (=doodgaan is onvermijdelijk) Toon alle 46 spreekwoorden die krui bevatten