invorderen

werkw.
Uitspraak:  ['ɪnvɔrdərə(n)]
Afbreekpatroon:  in·vor·de·ren
Vervoegingen:  vorderde in (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft ingevorderd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) officieel eisen dat (een schuld) betaald wordt
Voorbeeld:  `het invorderen van openstaande belastingschulden`

2) officieel afpakken
Voorbeeld:  `De politie kan je rijbewijs invorderen als je veel te veel gedronken hebt.`


Synoniemen
eisen   inmanen   vorderen   

2 definities op Encyclo
  • 1) Eisen 2) Heffen 3) Inmanen 4) Betaling eisen 5) Innen
  • incasso: het nemen van maatregelen tegen een schuldenaar ter verkrijging van een vordering. ...
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van invorderen?
De verleden tijd van invorderen is 'vorderde in'. Het voltooid deelwoord is 'heeft ingevorderd'.
Wat betekent invorderen?
'officieel eisen dat (een schuld) betaald wordt' en 'officieel afpakken'
Hoe spel je invorderen?
invorderen spel je I N V O R D E R E N
Wat is een ander woord voor invorderen?
Andere woorden voor invorderen zijn eisen, inmanen en vorderen.

Op andere websites
Zoek invorderen op Woordenlijst.org
Zoek invorderen op Google
Zoek invorderen op Wikipedia