incasseren

werkw.

Uitspraak:	[ˈɪŋkɑserə(n)]
Afbreekpatroon:	in·cas·se·ren
Vervoegingen:	incasseerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft geïncasseerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) (geld) ontvangen

Voorbeeld:	`miljoenen euro's incasseren met een succesvol product`
Synoniem:	innen

2) (iets naars) moeten verdragen

Voorbeeld:

`een zware teleurstelling incasseren`

geld in ontvangst nemen   iets verduren   innen   opvangen   

• • [ov] (geld) in ontvangst nemen. • [ov] (klappen, beledigingen) te verduren krijgen.
• in het bezit ervan komen vb: hij incasseert het lidmaatschapsgeld Synoniemen: krijgen ontvangen verkrijgen Tegenstellingen: afleveren bezorgen leveren afgeven moeten verduren vb: hij heeft heel wat beledigingen geïncasseerd
• Let op: Spelling van 1858 geld ontvangen of innen; omlijsten
• 1) Opvangen 2) In ontvangst nemen 3) Innen 4) Beuren 5) Ontvangen 6) Ontvangen van geld 7) Kassierswerk 8) Geld ontvangen 9) Geld ophalen 10) Ontvangen van klappen 11) Toucheren
• in ontvangst nemen Jaar van herkomst: 1793-1796 (WNT )

Toon uitgebreidere definities

incasseren (innen; gedwongen zijn te ondergaan)

Wat is de verleden tijd van incasseren?

De verleden tijd van incasseren is 'incasseerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geïncasseerd'.

Wat betekent incasseren?

'(geld) ontvangen' en '(iets naars) moeten verdragen'

Hoe spel je incasseren?

incasseren spel je I N C A S S E R E N

Wat is een ander woord voor incasseren?

Andere woorden voor incasseren zijn geld in ontvangst nemen, iets verduren, innen en opvangen.

Zoek incasseren op Woordenlijst.org
Zoek incasseren op Google
Zoek incasseren op Wikipedia