assembleren

werkw.
Uitspraak:  [ɑsɑm'blerə(n)]
Afbreekpatroon:  as·sem·ble·ren
Vervoegingen:  assembleerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft geassembleerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) onderdelen monteren tot een product
Voorbeelden:  `Bouwen wordt steeds meer assembleren.`,
`Hier worden personenwagens gebouwd en geassembleerd.`

2) (computerprogramma) omzetten in nullen en enen computers


Synoniemen
assemblage   in elkaar zetten   montage   monteren   samenstelling   samenvoeging   

6 definities op Encyclo
  • 1) Ineenzetten 2) In elkaar zetten 3) Samenstellen uit ingevoerde onderdelen 4) Samenstellen uit onderdelen 5) Samenstelling 6) Samenvoegen 7) Samenvoeging 8) Bijeenschikken 9) Montage 10) Monteren 11) Assemblage
  • Het samenvoegen van verschillende onderdelen teneinde een werkzaam geheel te krijgen. Categorie: Procédés en Technieken > additieve- en verbindingsprocédés en -technieken.
  • Samenstellen uit aanwezige elementen of onderdelen.
  • samenvoegen
  • Samenvoegen, na de wijnbereidingen worden wijnen afkomstig van verschillende wijnstoksoorten, met elkaar tot een evenwichtig geheel door elkaar gemengd.
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
assembleren (samenvoegen)

Taaladvies
Komt er wel of niet een uitspraakteken op dit Franse leenwoord: assemblee of assemblé? Zie assemblee / assemblé

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van assembleren?
De verleden tijd van assembleren is 'assembleerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geassembleerd'.
Wat betekent assembleren?
'onderdelen monteren tot een product' en '(computerprogramma) omzetten in nullen en enen'
Hoe spel je assembleren?
assembleren spel je A S S E M B L E R E N
Wat is een ander woord voor assembleren?
Andere woorden voor assembleren zijn assemblage, in elkaar zetten, montage, monteren, samenstelling en samenvoeging.

Op andere websites
Zoek assembleren op Woordenlijst.org
Zoek assembleren op Google
Zoek assembleren op Wikipedia