Spreekwoorden met `ver van`

Zoek

3 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `ver van`

  1. de appel valt niet ver van de stam/boom (=kinderen lijken vaak op de ouders)
  2. het is nog ver van zingen (=het is nog lang niet in orde)
  3. liever van achteren zien dan van voren (=niet goed kunnen verdragen)

3 betekenissen bevatten `ver van`

  1. grijze haren zijn kerkhofsbloemen (=als je grijze haren krijgt, ben je niet zo ver van het kerkhof)
  2. iemand naar het peperland zenden (=iemand ver van huis sturen)
  3. beter ermee verlegen dan erom verlegen (=liever van iets te veel dan van iets te weinig hebben)

33 dialectgezegden bevatten `ver van`

  1. 'n appel val nie ver van den buuëm (=de appel valt niet ver van de boom) (Wichels)
  2. a ten appel te verre van den bome valt (=Den appel valt te ver van den boom) (West-Vlaams)
  3. Aan de vaere kindje de vuuëgel (=De appel valt niet ver van de boom) (Weerts)
  4. aoën d e vrèchtë kinste de boom (=de appel val niet ver van de boom) (Munsterbilzen - Minsters)
  5. as ich te koe nie kaant, zoo ich nie wiëtë bau dat kaaf van aofkömstëg ès (=de appel valt niet ver van de boom) (Munsterbilzen - Minsters)
  6. As lik aatër Zietendël (=Als ligt ver van hier) (Munsterbilzen - Minsters)
  7. auttet zelfde hoot gesnieë (=de appel valt niet ver van de boom) (Munsterbilzen - Minsters)
  8. ba, das vër van te kotse (=foei, dat is vies!) (Bilzers)
  9. Beschete koei, beschete kallef (=De appel valt niet ver van de boom) (Bevers)
  10. dat hètter nie vanne vrümde (=da appel valt niet ver van de boom) (Munsterbilzen - Minsters)
  11. de abbel vaalt niet ver van 'e boom (=die aard naar zijn ouders) (Westerkwartiers)
  12. de abbel vaalt nooit ver vanne boom (=de appel valt nooit ver van de boom) (Gronings)
  13. De eppel valle nit wied van d'r boom. (=De appels vallen niet ver van de boom.) (Kerkraads)
  14. Des zjust einen taxi mètte deuren oop! (=Hij heeft de oren nogal ver van het hoofd staan!) (Kinroois)
  15. Doe bis óch wied van d'r sjlaag af. (WT) (=Jij bent ook ver van huis!) (Mechels (NL))
  16. e ee de noot no ze pékke/moe(j)ke (=de appel valt niet ver van de boom) (Rotselaars)
  17. Ee ee't van gieën 'ond g'ïrfd (=De appel valt niet ver van de boom) (Evergems)
  18. Goei schoap weie nie dicht bei hois (=Verkering ver van huis hebben) (Astens)
  19. hellemond stetje van plezier auw zal 'k nooit vergéttu, ben ik in d'n vrimde ben ver van hois bai allie vúl ik me thois (=helmond stadje van plezier, jou zal ik nooit vergeten) (Helmonds)
  20. Juh lèk op juh vâdàh (=De appel valt niet ver van de boom.) (Haags)
  21. krekt san lul als syn heit (=De appel valt niet ver van de boom) (Fries)
  22. Meine lik èn de Vlaonders (=Menen ligt ver van hier...) (Munsterbilzen - Minsters)
  23. on zen vrèchte kinste de boom (=de appel valt niet ver van de boom) (Munsterbilzen - Minsters)
  24. ons poezeke is schijl (=de kat valt niet ver van de boom) (west-vlaams)
  25. parraplie (=sistèim ver van a gat te schoddere) (Dendermonds)
  26. schoeën van vèèr,mo vèèr van schoeën (=mooi van ver, maar ver van mooi) (Winksels)
  27. Sjoen van wijd mae wijd van sjoen. (=Mooi van ver, maar ver van schoon.) (Genker)
  28. skuën va veiren, moe veir van skuën (=mooi van ver, maar ver van mooi) (Meers)
  29. Unne Heuzendrielse valt nie wijt van dun boom. (=Een Hoenzadrielenaar valt niet ver van de boom.) (Kerkdriels)
  30. up ne stap van ze deure (=niet ver van huis) (Lichtervelds)
  31. up ne stap van ze deure (=niet ver van zijn huis) (Kortemarks)
  32. waiwoëter (=ni vèr van te dringke of vèr â-j-in te wasse) (Dendermonds)
  33. Wieënen ligt veir van mèn tieënen (=ver van mijn bed: Wenen ligt ver van mijn tenen) (Meers)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen