4 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `slik`
- een bittere pil slikken (=grote moeite ergens mee hebben)
- eruit zien of men een paal ingeslikt heeft (=er erg stijf, harkerig uitzien)
- iets voor zoete koek slikken (=iets zomaar geloven)
- je woorden inslikken (=niet uitspreken)
6 dialectgezegden bevatten `slik`
- 'k stong versteld in de slik mee dun auto (=ik stond vast in de modder met de auto) (Zaamslags)
- daor issie int slik gesloge (=daor werd hij vernederd) (Oudenbosch)
- e jej nag slik van de bap at? (=heb jij nog snoep van opa gehad?) (Volendams)
- ie ei slik an zn vuroead (=afkomstig uit Yerseke) (Zeeuws)
- slik ët mèr aof (=zeg maar niets) (Munsterbilzen - Minsters)
- Trek op, trek op dae wekker, snót smak lekker! slik door slik door, doar isse veur. (=Als je een snottebel hebt.) (Venloos)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen