3 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `lekker`
- lekker is maar één vinger lang (=oppervlakkige genoegens geven ook maar een betrekkelijke voldoening. / leuke dingen duren meestal maar erg kort)
- wat je van ver haalt is lekker. (=je waardeert dingen extra als je er veel werk voor moet doen)
- wat van ver komt, is lekker (=iets wat van ver komt, is bijzonder. Daarom denkt men dat het ook beter zal zijn)
9 betekenissen bevatten `lekker`
- van je buik een afgod maken (=belang hechten aan lekker eten en drinken)
- het gemeste kalf slachten (=een groot feest opzetten / het beste en lekkerste eten op tafel zetten)
- alsof er een engeltje over je tong piest (=iets lekker vinden)
- de liefde van een man gaat door de maag. (=je kan een man veroveren met goede kookkunst en lekker eten.)
- de darmen zalven. (=lekker eten en drinken.)
- alle vis is geen bakvis (=niet alles is even dienstig (of handelbaar of lekker))
- de gebraden haan uithangen (=op onverantwoordelijke wijze erg veel geld uitgeven aan met name lekker eten en drinken)
- een smulpaap zijn (=van lekker eten houden)
- voor de fret zijn (=van lekker eten houden)
50 dialectgezegden bevatten `lekker`
- (=hij is lekker blond) (Achterhoeks)
- `Zo kunde ennen hoeëp stroont nog lekker maken.` (=Als je vindt dat een kok wel erg veel ingrediënten nodig heeft om iets op smaak te brengen zegt men) (Wells)
- 'k bin sloerig in 'n rakker (=ik voel me niet lekker) (Twents)
- 'k Heb wal ins slechter egèten (=Het smaakt lekker) (Achterhoeks)
- 'k lust er wel schoenen met lakneuzen van (=iets lekker vinden) (Rotterdams)
- 'n boomke opzett'n (=even lekker bijkletsen) (Westerkwartiers)
- 't eetn vol frieë in de smoake, 'k soe mij ov'reetn moar 'k maage nie, 'k zoe d'r min lipp'n an oflekk'n (=het eten is zeer lekker) (Waregems)
- 't es mijn'n tand (=het smaakt lekker) (Waregems)
- 't ès van lèk mijn lèppe (=' t is heel lekker) (Zottegems)
- 't is niette nassen! (=het is niet lekker) (Rotterdams)
- 't smeltj inne mônd, wi-j doevestrônt (=als iets heel lekker is) (Weerts)
- 't was van lek me liptje (='t Was heel lekker) (Veurns)
- ‘t zidn gieën groadn in (=iets lekker naar binnenspelen) (Kaprijks)
- ' k ben wat vremd ien de huud (=ik voel me niet helemaal lekker) (Westerkwartiers)
- ' k Bun sloerig in de rakker (=Ik voel me niet lekker) (Achterhoeks)
- a es gin sjiek wiejerd (=hij voelt zich niet lekker) (Meers)
- Aafgangk is meistal de viefdje gangk van e lekker aetentje! (=Diarree is meestal de vijfde gang van een lekker etentje!) (Kinroois)
- Aofgank es gewaunlek de vijfde gank van e lekker aetetsje (=eten te zwaar, groot gevaar) (Bilzers)
- As de katn moezt dan mieauwt ze nig (=Als je lekker aan het eten bent) (Twents)
- as ne knijn noë stront reik, hèttër alwier ën hin misbreik (=konijnen bespringen wel eens een lekker kippetje) (Munsterbilzen - Minsters)
- assie et lèkker vènt, kannie zenèège vaast eete. (=als hij het lekker vindt, kan hij zich klem eten.) (Tilburgs)
- braa goe (=zeer lekker) (Waanroods)
- da 'emmek gèer'n (=dat vind ik lekker) (Wichels)
- da legt teminste pad af! (=dat schiet lekker op!) (Graauws)
- da smokt nôr den trog om nog; t is om ô duimen en vingers af te lekken ( (=dat is heel lekker) (Sint-Niklaas)
- da zen goei botterhammen (=dat is lekker gebak) (Brabants)
- da's veur dij 'n thuuswedstried (=da's lekker dichtbij voor jou) (Westerkwartiers)
- da's vlot van stoabel; loop'n (=dat is lekker vlot verlopen) (Westerkwartiers)
- daaj ès vër op te aete (=dat is lekker vrouwtje) (Munsterbilzen - Minsters)
- dades va lekmijleppe (=dat is zeer lekker) (Zottegems)
- dan bin je moi kloar, dan beiye lekker (=dat wordt niks) (Urkers)
- dao ligke wie eine prins in 'n aerpelskoel (=lekker liggen te luieren) (Steins)
- Dao verhang ich mich veur (=Daar ben ik hartstikke gek op (meestal lekker eten) ) (Steins)
- daor blefde gij mooi blaauw van (=daar krijg jij lekker niets van) (Oudenbosch)
- Das een lekker mokkel (=Een mooi meisje/ vrouw) (Rotterdams)
- Das goei voeier (=Dat is lekker eten) (brabants)
- das net un engeltje da op oew tong piest (=dat smaakt lekker) (Oudenbosch)
- das zjus ingelepis!!! (=mmmmmm...dat is een lekker drankje) (Munsterbilzen - Minsters)
- dat geet tër èn waaj soekkër (=die vindt dat heel lekker) (Munsterbilzen - Minsters)
- dat liep vlot van stoabel (=dat ging lekker snel) (Westerkwartiers)
- dat lijt 'em gien wiendeier (=daar verdient hij lekker veel aan) (Westerkwartiers)
- Dat lit zich aete (=Dat is lekker) (Bilzers)
- dat smok noë nog (=het is lekker) (Munsterbilzen - Minsters)
- de kiener woon' n op loopoafstand (=de kinderen wonen lekker dichtbij) (Westerkwartiers)
- de konegin mot ook schijte, daggie dat-ie lekker rook (=als er iemand commentaar heeft na je toiletbezoek) (Rotterdams)
- de konehinne kan lekker ehetn en me nie lekkerder as ik (=lekker gegeten) (Zeeuws)
- de liefde van de man geet dër de maog (=geen grotere liefde dan liefde voor lekker eten en drinken) (Munsterbilzen - Minsters)
- de madam authange (=lekker niets doen) (Munsterbilzen - Minsters)
- de maus mene baod noges aoflekke (=ik heb lekker geëten) (Bilzers)
- de pruum'm smoak'n mij iebels lekker (=de pruimen smaken mij uitstekend) (Westerkwartiers)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen