11 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `de ander`
- aan de ene voet een schoen, de ander blootvoets (=evenwicht is voornaamst)
- als de ene blinde de ander leidt vallen ze beiden in de gracht (=wanneer onbekwamen andere onbekwamen adviseren gaat het fout)
- als de ene hand de andere wast worden ze beide schoon (=de taak wordt gemakkelijk als je elkaar helpt)
- de één mag een paard stelen, de ander mag niet over het hek kijken. (=sommigen mogen alles, anderen mogen niets)
- de een rokkent wat de ander spint (=roddelen)
- de een scheert schapen, de ander varkens (=het is ongelijk verdeeld in de wereld)
- de ene bedelaar ziet de andere niet graag voor de deur staan (=men is bang voor concurrentie)
- de ene dienst is de andere waard (=wanneer iemand helpt, doet men graag iets terug)
- de ene kraai pikt de andere de ogen niet uit (=ze benadelen elkaar niet)
- de ene pijl de andere nazenden (=een dwaze of nutteloze daad herhalen)
- geloof nooit iemand die in de ene hand water en de andere hand vuur draagt (=wees niet lichtgelovig, niet iedereen is het vertrouwen waard)
21 betekenissen bevatten `de ander`
- het ene woord haalt het andere uit (=als de ene persoon een grote mond opzet, krijgt die dat van de ander terug)
- uit de toon vallen (=anders zijn dan de anderen)
- waar er twee ruilen moet er een huilen (=bij het ruilen is de een altijd beter af dan de ander)
- de boter alleen op zijn koek willen hebben (=de anderen niets gunnen - zelf alles willen hebben)
- het waren allebeiden vuilaards. (=de een verwijt de ander iets waaraan hij zich)
- een spaak in het wiel steken (=door iemands ingrijpen gaat een plan van de ander niet door)
- een verborgen agenda hebben (=een doel hebben dat voor de anderen verborgen gehouden wordt, bijvoorbeeld in een samenwerkingsverband)
- eerst oompje en dan oompjes kinderen (=eerst ik, daarna de anderen)
- alle mensen moeten leven (=gun de anderen ook wat)
- het ene gat met het andere stoppen (=het slecht beheren van geld door met de ene schuld de andere af te lossen)
- iemand de ogen uitsteken (=iemand jaloers maken door de aandacht te vestigen op iets wat men heeft, en wat de ander ontbreekt)
- iemand de hielen laten zien (=inhalen of beter presteren dan de ander)
- laten we elkaar geen mietje noemen (=laten we precies zeggen hoe we denken over de ander)
- zo de waard is vertrouwt hij zijn gasten (=men ziet de anderen zoals men zichzelf ziet)
- je hebt luxe paarden en werkpaarden (=niet iedereen heeft dezelfde positie, de een moet harder of zwaarder werken dan de ander)
- de bal terugkaatsen (=op een vraag die gesteld wordt geen antwoord geven, maar een tegenvraag stellen; op een kritische opmerking van iemand reageren door zelf ook meteen een kritische opmerking te maken over de ander)
- elkaar vliegen afvangen (=op onbeduidende details elkaar beconcurreren dan wel duidelijk willen laten uitkomen dat men zelf gelijk heeft en de ander niet)
- in het gareel lopen (ook: in de pas lopen) (=precies zo doen als de anderen)
- de mantel naar de wind hangen (=steeds de opinie van de anderen volgen)
- de rollen omkeren (=wat de een normaal doet doet de ander nu en andersom)
- de woorden uit de mond halen/nemen (=zeggen wat de ander ook net wou zeggen)
20 dialectgezegden bevatten `de ander`
- As d-iene aand de aandre waast, worden ze beiden skone. (=De een helpt de ander zonder er geld voor te vragen) (Giethoorns)
- as d'ein kôw bisjdj, deut d'anger de stert umhoeëg (=de een volgt de ander) (Weerts)
- As d'iene haand de aandre waast, worden ze beide skone (=De een helpt de ander zonder er geld voor te vragen) (Giethoorns)
- As d'n eine sjaaj haet, haet d'n angere perfiet (=De een zijn dood is de ander zijn brood) (Roermonds)
- As dienen aand de aandre waast worden beide skone (=De ene helpt de ander zonder geld hiervoor te vragen) (Giethoorns)
- d'n eine schaertj 't schaop, d'n angere 't vêrke (=de een maakt grote, de ander maakt kleine winst) (Weerts)
- de één ken meer met de beurs as d'aaner met de cent'n (=de één is vindingrijker dan de ander) (Westerkwartiers)
- De ene helft v.h Westland heet Zwinkels, de ander helft heeft er last van. (=Zwinkels is een fam. naam die veel voorkomt in het WL. ze zijn soms berucht om hun handelswijze.) (Westlands)
- de ene vrijt met de moeke, de aaner met de dochter (=de ene houdt van dit, de ander van dat) (Westerkwartiers)
- De ien mag de koe strelen en de ander mag nie over 't hek kijken. (=Mensen worden verschillend behandeld.) (brabants)
- hij proat met twee mond'n (=hij zegt bij de één dit, bij de ander dat) (Westerkwartiers)
- hij sprekt met twee mond'n (=bij de één zegt hij dit, bij de ander dat) (Westerkwartiers)
- Ich der Vlaam en du der Naam (=De een krijgt de positieve gevolgen van iets, en de ander de negatieve) (Eys)
- Je hebt martelaruh en aposteluh (=De een heeft geluk, de ander pech / de een heeft de lusten, de ander de lasten /) (Utrechts)
- Je Voeld èm de Keunink te Rikke (=zich beter voelen dan de ander) (Kortrijks)
- over smoak ken je niet twist'n (=wat de ene lust, vindt de ander niet lekker) (Westerkwartiers)
- veel Spèl an uw Gat èèn (=zich beter voelen dan de ander) (Kortrijks)
- Wa Zjistepiete (=zich beter voelen dan de ander) (Kortrijks)
- Went d'n eine sjaa haet, haet d'n angere perfiet (=De één z'n dood is de ander z'n brood) (Sittards)
- Wie 't kruus het, zaegent zich 't eerste (=men bevoordeelt eerst zichzelf en dan pas de ander) (Barghs)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen