Spreekwoorden met `brandt`

Zoek

3 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `brandt`

  1. het geld brandt hem in de zak (=hij geeft zijn geld graag en gemakkelijk uit)
  2. wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten (=als je iets doms doet, moet je de gevolgen dragen (liefst zonder klagen))
  3. wie zijn gat brandt, moet op de blaren zitten (=wie een risico neemt, moet de gevolgen dragen)

10 dialectgezegden bevatten `brandt`

  1. 't brandt (=dichtbij zijn) (Ouwegems)
  2. 't eten is pikant (=dat eten brandt in mijn keel) (Sint-Niklaas)
  3. As water brandt, brandt alles (=De overmacht is (te) groot) (Westfries)
  4. brandt er nog licht (=Heeft u nog genoeg geld) (Monnickendams)
  5. de zon stikt (=de zon brandt) (Sint-Niklaas)
  6. det brandj wie ‘n hèl (=dat brandt goed/hard) (Heitsers)
  7. het fikt, het is aan het fikken, het fikt af, het is aan het affikken (=het brandt) (Utrechts)
  8. un ööte kachel (=een kachel die niet brandt) (Tilburgs)
  9. zjus, dat wol ich gezaag hëbbe (=juist, daar brandt de lamp, 't is maar dat je het weet) (Munsterbilzen - Minsters)
  10. zoeë moager da ze brandt (=heel mager (van een vrouw)) (Winksels)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen