Spreekwoorden met `is een`

Zoek


55 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `is een`

  1. als de kat zich wast, komt er gewis een gast (=als de kat zich wast komt er visite.)
  2. angst is een slechte raadgever (=laat je niet leiden door angst. / Emoties zijn gevaarlijk)
  3. belofte is een hemd der dwazen (=een nietszeggende belofte kan toch tijdelijk gelukkig maken)
  4. daar is een haartje in de boter (=daar is ruzie of wrijving)
  5. dat is een aalshuid (=dat is van weinig waarde)
  6. dat is een alikruik van een vent. (=dat is een kleine dikke man.)
  7. dat is een bal voor open doel (=dat is een opmerking waar een zeer voor de hand liggend weerwoord op gegeven kan worden)
  8. dat is een brug te ver (=dat is te hoog gegrepen)
  9. dat is een echte haai (=assertief en bijdehand mens)
  10. dat is een eitje (=het is heel eenvoudig)
  11. dat is een haspel in een fles (=dat is een raadsel)
  12. dat is een klontje boter uit zijn pap (=dat kost een flink deel van zijn fortuin)
  13. dat is een kwal (=een uiterst vervelend persoon)
  14. dat is een paal onder water (=dat brengt meer nadeel dan voordeel)
  15. dat is een paard van een daalder. (=dat is een trots mens)
  16. dat is een rijkeluiswens (=iets waar heel erg naar wordt verlangd)
  17. dat is een stuk! (=dat is een aantrekkelijk persoon)
  18. dat is een ver-van-mijn-bedshow (=dat is iets waar ik me helemaal niet mee bezighoud; dat is iets dat op grote afstand van hier gebeurt)
  19. dat is een waarheid als een koe (=dat is overduidelijk waar)
  20. de een z`n dood is een ander z`n brood (=wat voor de één een nadeel is, daar profiteert een ander van)
  21. de eerste klap is een daalder waard (=een goed begin is het halve werk)
  22. de nacht is een goede raadsman. (=een nachtje slapen is goed bij het nemen van beslissingen)
  23. de wereld is een pijp kaneel ieder likt eraan maar krijgt niet veel (=ieder krijgt een klein deeltje van wat de wereld te bieden heeft)
  24. de wereld is een schouwtoneel elk speelt zijn rol en krijgt zijn deel (=ieder krijgt een klein deeltje van wat de wereld te bieden heeft)
  25. doen is een ding. (=praten of plannen maken is gemakkelijk gedaan, daadwerkelijk actie ondernemen is veel moeilijker)
  26. duren is een mooie stad (=nu is het goed, maar blijft dat zo?)
  27. een dronken vrouw is een engel in bed (=drank draagt bij aan het beëindigen van de tegenstand)
  28. een ei is geen ei twee ei is een half ei drie ei is een paasei (=één is niet genoeg, twee is beter, drie is goed)
  29. een groene Kerstmis een witte Pasen. (=als Kerst warm is wordt Pasen koud)
  30. een oortje gespaard is een oortje gewonnen. (=alle beetjes helpen als je spaart.)
  31. een schip op het strand is een baken in zee (=van de fouten die anderen hebben gemaakt kun je zelf veel leren)
  32. een spreekwoord is een waar woord. (=spreekwoorden bevatten vaak waarheden of nuttige lessen waar je van kunt leren)
  33. een woord op zijn pas is een daalder waard (=spreken op het juiste ogenblik is waardevol)
  34. elk is een dief in zijn nering (=ieder zoekt zijn voordeel)
  35. elke dag een draadje is een hemdsmouw in een jaar (=als je iedere dag een beetje doet komt het karwei uiteindelijk klaar)
  36. er is een tijd van komen en er is een tijd van gaan (=aan alles komt een einde)
  37. er is een tijd van spreken en er is een tijd van zwijgen. (=soms is het beter om niets te zeggen)
  38. eten is een goed begin: het ene beetje brengt het ander in. (=letterlijke betekenis.)
  39. geduld is een schone zaak (=wie rustig afwacht wordt beloond)
  40. het is een dubbeltje op zijn kant (=het is nipt, erg onzeker)
  41. het is een hopje in een brouwketel (=het is zo goed als niets)
  42. het is een kwade wind die niemand voordeel brengt (=er is altijd wel iemand die van de omstandigheden weet te profiteren)
  43. het is een pleister op een zere wonde (=het is bedoeld om het leed wat te verzachten)
  44. het is één pot nat (=het is allemaal hetzelfde)
  45. het is een slechte bruiloft waar maar één bruid is. (=op bruiloften worden vaak nieuwe relaties gevormd)
  46. het is een slechte muis die maar een hol heeft (=je doet er best aan een alternatieve oplossing achter de hand te hebben)
  47. het is een Spaans bordeel. (=het is een chaotische wanorde)
  48. het is een wijze man, die maat ramen kan. (=wijsheid komt van het vermogen om situaties te begrijpen en hoe daar op te reageren)
  49. in het land der blinden is eenoog koning (=tussen dommeriken volstaat een klein beetje verstand om baas te zijn)
  50. kallen is mallen maar doen is een ding (=je kan het beter doen dan er altijd maar over blijven praten)

37 betekenissen bevatten `is een`

  1. als honden konden bidden zou het kluiven regenen (=als is een niet ter zake doende opmerking)
  2. dat is een stuk! (=dat is een aantrekkelijk persoon)
  3. dat staat als een paal boven water (=dat is een absolute zekerheid)
  4. dat is van de Chinese kerk. (=dat is een gerucht.)
  5. dat is een alikruik van een vent. (=dat is een kleine dikke man.)
  6. dat mag met een krijtje aan de balk (=dat is een ongewone gebeurtenis)
  7. dat is een bal voor open doel (=dat is een opmerking waar een zeer voor de hand liggend weerwoord op gegeven kan worden)
  8. na mij de zondvloed (=dat is een probleem dat zich pas voordoet als ik er niet meer ben - het zal mijn tijd wel duren)
  9. dat is een haspel in een fles (=dat is een raadsel)
  10. dat is een paard van een daalder. (=dat is een trots mens)
  11. het klopt als een bus (=deze uitdrukking is een contaminatie van het sluit als een bus met: het klopt als een zwerende vinger)
  12. van die boer, geen eieren (=dit is een oplossing die men niet wenst)
  13. een vreemde eend in de bijt (=een vreemd exemplaar in de groep. (Een bijt is een opening in het ijs))
  14. de kop is eraf (=er is een begin gemaakt)
  15. met tijd en stond, gaat men de wereld rond. (=er is een juiste tijd is voor alles en sommige dingen hebben tijd nodig)
  16. de rapen zijn gaar (=er is een probleem waar direct iets aan gedaan moet worden)
  17. er schuilt een addertje onder het gras (=er is een verborgen risico in het spel)
  18. aardewerk is geen paardenwerk. (=graven of in aarde werken is een vermoeiende bezigheid)
  19. het is een Spaans bordeel. (=het is een chaotische wanorde)
  20. het is water en melk (=het is een futloze zaak)
  21. het is melk en water (=het is een futloze zaak)
  22. het hooi is op en de koe is dood. (=het is een hopeloze zaak)
  23. als het geen broertje is dan is het een zusje. (=het is één of het ander)
  24. het is trekken aan een dood paard (=het is een onbegonnen zaak)
  25. trekken aan een dood paard. (=het is een onbegonnen zaak)
  26. makkelijker gezegd dan gedaan (=het is eenvoudiger om iets te zeggen dan om het ook daadwerkelijk uit te voeren)
  27. het is altijd rouwen en trouwen (=het leven is een afwisseling van goede en slechte tijden)
  28. het is onbestaanbaar. (=het zou niet mogen bestaan, het is een schande)
  29. er loopt bij hem een streep door (=hij is een beetje gek)
  30. zijn land ligt in zijn schoenen (=hij is een grote opschepper)
  31. het is goed sollen met een dood paard. (=iemand die geen verzet biedt, is een makkelijk slachtoffer)
  32. haring bij de vleet (=in overvloed. (Een `vleet` is een groot net dat door de haringloggers werd/wordt gebruikt.))
  33. platvis eet je met de ramen open en rondvis met de ramen dicht (=m.a.w. platvis is een zomervis en rondvis is in de winter op z`n best)
  34. het kan niet altijd kaviaar zijn (=niet elke dag is een topdag)
  35. een goed verstaander heeft maar een half woord nodig (=voor een goed verstaander is een kleine aanwijzing genoeg)
  36. liever vrij en geen eten dan een volle buik aan een ijzeren keten. (=vrijheid is een hoger goed dan materiële welvaart.)
  37. ieder oortje brengt zijn gierigheid. (=zelfs om kleine dingetjes kunnen mensen hebzuchtig zijn (een oortje is een oude munteenheid))

50 dialectgezegden bevatten `is een`

  1. (waar is die gevelsteen van de ambachtsschool fan mien fader bleven?) (=waar een wil is, is een weg) (Leewarders)
  2. `Alles met de moate` zee den kleermaker en hé heuw zien wief met de el. (=Overal is een maat voor) (Twents)
  3. `t is ene gie 'edoe'ed. (=Dat is een gluipert.) (Nuths)
  4. 'k wol heur met 'n tang nog niet aanpakk'n (=het is een vies vrouwtje) (Westerkwartiers)
  5. 'oe lomper den boer, oe groëter zen petetten (=Hij is een echte gelukzak) (Melseels)
  6. 't é'n reut'eut 't eus en ae 't rehent, 't rehent bin'n (=Er is een ruit uit het huis en als 't regent regent het daar binnen) (Zwevegems)
  7. 't es 'n bloaze (=het is een leeghoofd) (Waregems)
  8. 'T es 'n gezond' affeire (=Het is een goede zaak) (Harelbeeks)
  9. 'T es 'n roar' affeire (=Het is een geheimzinnige zaak) (Harelbeeks)
  10. 't es 'n ure goans (=het is een uur stappen) (Waregems)
  11. 't es alom (=dat is een omweg) (Meers)
  12. 't es een erm skeupsel (='t is een arme sukkelaar) (Walshoutems)
  13. 't ès jinne voer ip de kriekelaere te zetn (=Dat is een zeer lelijke vrouw) (Lauws)
  14. 'T es lyk den deuvle en zyn moere (=Het is een prachtig koppel) (Harelbeeks)
  15. 't es ne azèèn pisser (=hij is een zuurpruim) (Hals)
  16. 't es ne zeemelirre (=hij is een onrustig persoon) (Gents)
  17. 't es van keskeschiet (=Dit is een prul) (Schunnebroecks)
  18. 't Geheim van e good huwelik is e kort memoriej. (=Het geheim van een goed huwelijk is een kort geheugen.) (Kinroois)
  19. 't is ' nen annewuiten (=het is een dommerik, dwaze snul) (Sint-Niklaas)
  20. 't is 'em gebraukt en gespoogn (=Het is een kopie van hem) (Maldegems)
  21. 't is 'n echte vuurvreder (=hij is een echte doorbijter) (Westerkwartiers)
  22. 't is 'n gladde taande (=ze is een kiene vrouw) (Westerkwartiers)
  23. 't is 'n tang van 'n wief (=dat is een boosaardige vrouw) (Westerkwartiers)
  24. 't is 'n verwonn'n popke (='t is een verwend iemand) (Westerkwartiers)
  25. 't is 'n zunege miegerd (=het is een gierigaard) (Westerkwartiers)
  26. 't is 'nen hillen treej (=het is een heel eind lopen) (Luyksgestels)
  27. 't is 't er één van d'een nieuwmarkt (=het is een handelaar) (Roeselaars)
  28. 't is e hele rimbambelle (='t is een heel gedoe) (Veurns)
  29. 't Is e rututus en a trintrintrin (=Er is een ruit uit het huis en als het regent, regent het erin.) (West-Vlaams)
  30. 't Is e' mitrajeete (=Ze is een roddeltante) (Ronsisch)
  31. 't is een aerdig gasje (=het is een leuk jongetje) (Katwijks)
  32. 't is een dijne (=het is erg) (Kaprijks)
  33. 't is een dubbeltje op zien kaant (=het kan goed gaan, het kan verkeerd aflopen) (Westerkwartiers)
  34. 't is een gedacht gelijk een ander (=het is geen goed idee) (Kaprijks)
  35. 't is een kemphoan (=hij is een vechtersbaas) (Westerkwartiers)
  36. 't is een negenurenlijk (=lijkdienst die om negen uur plaatsvindt) (Sint-Niklaas)
  37. 't is een scheed in de zak (=het is een maat voor niets) (Kaprijks)
  38. 't is een scheet-in een flasse / 't is een scheet-in nen zak (=dat valt tegen) (Kaprijks)
  39. 't is een slechte bakte (=Een zedeloze vrouw) (Zeeuws)
  40. 't is een öttego (=het is een slome duikelaar) (Zwols)
  41. 't is eine ongerein (=het is een puinhoop) (Nunûms)
  42. 't is gelikt, 't is een vieize (=Het is gelukt, het is een vaars (we hebben een meevaller) ) (Lokers)
  43. 't is Jozef de dreumer (='t is een fantast) (Westerkwartiers)
  44. 't Is ne kakker. (=Hij is een supporter KV Mechelen) (Mechels (BE))
  45. 't is ne mérteko (=het is een deugniet) (Oudenhoofs)
  46. 't is ne schurfterik (=het is een gemene kerel) (Sint-Niklaas)
  47. 't is ne slokkoard (=het is een gulzige eter) (Sint-Niklaas)
  48. 't is ol boffn en blaozn (=het is een bluffer) (Kortemarks)
  49. 't lijt niet aan heur dat de oorlog nog niet aofloop'm is (=het is een wel heel simpel iemand) (Westerkwartiers)
  50. 't lopt van de schuppe (='t is een flauw argument) (Veurns)




Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen