`t Is al goed
wat hij doet,
die men bemint;
`t Is al kwaad
die men haat
wat hij verzint.

Johan de Brune, de oude

De hond die kwispelt om uw schoot
doet dat niet om u, maar om uw brood.

Johan de Brune, de oude

De vriendschap is een dagelijks brood, dat goed smaakt zo lang het vers is en de korstjes nog kraken; maar als `t door ouderdom muf begint te worden en beschimmelt, wordt het hoenderkost of mest voor de varkens.

Johan de Brune, de oude

Elkeen kan temmen kwade vrouwen,
Behalve hij die ze heeft te houwen.

Johan de Brune, de oude

In stinkend water vangt men niets dan vuile vis.

Johan de Brune, de oude

Indien alle zotten gekskolven droegen, vond men geen hout genoeg om zich aan te warmen.

Johan de Brune, de oude

Vleierij en oprechte vriendschap kunnen niet goed samenwonen.

Johan de Brune, de oude

Wilt gij, dat iets wel gedijt?
Geeft het over aan de tijd.

Johan de Brune, de oude