Wie het langst spreekt,
Gerd de Ley
heeft het laatste woord.
Wie het langst spreekt,
Gerd de Ley
heeft het laatste woord.
Wie het varken uithangt, eindigt vroeg of laat als worst.
Gerd de Ley
Wie in het leven veel voor niks gekregen heeft, zal daar later de rekening moeten voor betalen.
Gerd de Ley
Wie je één keer teveel teleurstelt is geen vriend.
Gerd de Ley
Wie kan zich het hondenleed voorstellen bij het zien van een omgehakte boom?
Gerd de Ley
Wie laatst lacht, is meestal erg eenzaam.
Gerd de Ley
Wie lelijk is, moet lief zijn.
Gerd de Ley
Wie méér herinneringen heeft dan plannen, is oud.
Gerd de Ley
Wie met een glimlach naar buiten komt haalt meer binnen!
Gerd de Ley
Wie met hem in zee gaat verzuipt.
Gerd de Ley
Wie met zijn domheid te koop loopt, vindt steeds afnemers.
Gerd de Ley
Wie niet aan de top kan blijven
Gerd de Ley
gaat onvermijdelijk bergaf.
Wie niet gelooft dat zwijgen goud is heeft geen telefoon,
Gerd de Ley
geen vrouw of geen van beiden.
Wie niet slim is
Gerd de Ley
moet doen alsof.
Wie niet sterk is moet de zon in het water kunnen zien schijnen.
Gerd de Ley
Wie niet vindt heeft slechts gezocht.
Gerd de Ley
Wie niet voelen wil is niet waard dat hij hoort.
Gerd de Ley
Wie niets doet,
Gerd de Ley
heeft nooit tijd.
Wie niets te vertellen heeft bezit meestal de ongemotiveerde angst vervelend te zijn als hij zwijgt.
Gerd de Ley
Wie omhoog spuugt,
Gerd de Ley
krijgt de fluimen op z`n smoel.
Wie op zoek is naar een eigen identiteit, ontdekt vaak vele valse paspoorten.
Gerd de Ley
Wie overal een voet in huis heeft loopt het gevaar dikwijls op de tenen getrapt te worden.
Gerd de Ley
Wie overal is, is nergens, schreef Euripides.
Gerd de Ley
O God!
Wie rationeel over moderne kunst praat, ontkent iedere emotie.
Gerd de Ley
Wie stormend naait, zal winderige kinderen oogsten.
Gerd de Ley
Wie vecht voor zijn vrijheid, sterft nooit als een slaaf.
Gerd de Ley
Wie veel doet wordt de vijand van wie veel nalaat.
Gerd de Ley
Wie veel heeft aan zijn nachten,
Gerd de Ley
zal weinig overhouden voor zijn dagen.
Wie veel kranten verslindt, ziet er op de duur erg bedrukt uit.
Gerd de Ley
Wie vooral veel last heeft van de hamvraag,
Gerd de Ley
is het varken.
Wie wérkelijk bescheiden is, heeft daar meestal gegronde redenen toe.
Gerd de Ley
Wie wordt er curator als de wereld bankroet gaat?
Gerd de Ley
Wie zich slechts eenmaal stoot tegen de steen des aanstoots is inderdaad een ezel.
Gerd de Ley
Wie zichzelf bewierookt, krijgt geen dank voor de stank.
Gerd de Ley
Wie zijn eigen dromen regisseert doodt zijn fantasie.
Gerd de Ley
Wie zijn eretekens werkelijk verdiend heeft, zal ze nooit dragen.
Gerd de Ley
Wie zijn leugens bekent, is een eerlijk man.
Gerd de Ley
Wie zijn leven te danken heeft aan de onbetrouwbaarheid van voorbehoedmiddelen, denkt er helemaal anders over.
Gerd de Ley
Wie zijn verleden afbreekt,
Gerd de Ley
bezit ook geen toekomst meer.
Wie zou de God willen zijn die door al die schurken aanbeden en geprezen wordt?
Gerd de Ley
Wij plaatsen onze dichters op een voetstuk.
Gerd de Ley
Dan zijn we er van af.
Wij: ik-vorm van de schizofreen.
Gerd de Ley
Wijs? Ach nee, ik ben nog steeds dezelfde naïeve idioot van vroeger, alleen herken ik nu mijn stommiteiten veel vlugger.
Gerd de Ley
Wilde waters, ondiepe gronden.
Gerd de Ley
Wipplank: zéér magere vrouw.
Gerd de Ley
Woorden schieten vaak tekort.
Gerd de Ley
Kogels zelden.
Woorden: gearticuleerde vormgeving aan wat wind.
Gerd de Ley
Ze geleek als twee druppels heet water op haar zuster.
Gerd de Ley
Ze had een boezem om twee keer U tegen te zeggen.
Gerd de Ley
Ze heeft erg kleine borsten, maar daar til ik niet zwaar aan.
Gerd de Ley
