zegevieren

werkw.

Uitspraak:	[ˈzexəvirə(n)]
Afbreekpatroon:	ze·ge·vie·ren
Vervoegingen:	zegevierde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft gezegevierd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

de overwinning behalen

Voorbeeld:	`De enige vrouwelijke kandidaat zegevierde in de verkiezingen.`
Synoniem:	triomferen

bevangen   overwinnen   triomferen   verslaan   winnen   

• •de overwinning behalen. •tweede betekenisomschrijving. •enz.
• de beste zijn, de meeste punten halen vb: uiteindelijk heeft hij gezegevierd het recht zal zegevieren [winnen]
• 1) Bevangen 2) Zegepralen 3) Triomferen 4) Verslaan 5) Overwinnen 6) Bovenhand krijgen 7) Winnen
• triomferen
• triomferen Jaar van herkomst: 1767 (WNT )

Toon uitgebreidere definities

• zegevierend

zegevieren (triomferen)

Wat is de verleden tijd van zegevieren?

De verleden tijd van zegevieren is 'zegevierde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gezegevierd'.

Wat betekent zegevieren?

'de overwinning behalen'

Hoe spel je zegevieren?

zegevieren spel je Z E G E V I E R E N

Wat is een ander woord voor zegevieren?

Andere woorden voor zegevieren zijn bevangen, overwinnen, triomferen, verslaan en winnen.

Zoek zegevieren op Woordenlijst.org
Zoek zegevieren op Google
Zoek zegevieren op Wikipedia