vivat

tussenwerpsel

dat hij, zij leve


Bron: WikiWoordenboek.

2 definities op Encyclo
  • [Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Latijn), hij, (zij, het) leve! lang leve...! ook als subst. het vivat = het geroep van vivat (heilwensch), bv. iemand een vivat brengen. In het meervoud vivant, lang zullen ze leven. Een versterkte formule is vivat, floreat, crescat = hij (zij, het)
  • 1) Heilwens 2) Frans biermerk
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
vivat (dat hij leve)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat betekent vivat?
'dat hij, zij leve'
Hoe spel je vivat?
vivat spel je V I V A T

Op andere websites
Zoek vivat op Woordenlijst.org
Zoek vivat op Google
Zoek vivat op Wikipedia