verzachten (VD B 2) - Voorbeeld: ‘Laat de wind nu maar verleggen en verzoeten, de lente is er!’ - Voorbeeld: ‘Dat zal nooit gaan met moeder! menheer pastoor, zei de vrouw beslist (...). - Dat kan en moet gaan, verzoette de pastoor’
'Verzoeten' of 'zoeten' is een gladde oppervlakteafwerking van natuursteen, evenals polijsten. Verzoeten wordt ook om praktische redenen toegepast.
1) Vergemakkelijken 2) Aanzoeten
minder zout of brak worden. Peter Dorleijn , Van gaand en staand want, deel 2. Marken, Uitg. Van Kampen & zn, 1982.