verbrassen

werkw.

Uitspraak:	[vər'brɑsə(n)]
Afbreekpatroon:	ver·bras·sen
Vervoegingen:	verbraste (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft verbrast (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(geld) gebruiken zonder dat je het goed of volledig benut

Voorbeeld:	`je maandloon in een week verbrassen`
Synoniemen:	verspillen, verkwisten

Synoniemen

1 definitie op Encyclo

1) Verkwisten 2) Erdoor jagen 3) Verkopen 4) Opmaken 5) Verboemelen 6) Verduvelen 7) Verlappen 8) Verslempen 9) Versmullen 10) Verspillen 11) Verzwieren 12) Opsouperen 13) Verbambocheren 14) Verkwanselen

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van verbrassen is 'verbraste'. Het voltooid deelwoord is 'heeft verbrast'.

'(geld) gebruiken zonder dat je het goed of volledig benut'

verbrassen spel je V E R B R A S S E N

Andere woorden voor verbrassen zijn erdoor jagen, verboemelen, verkopen, verkwanselen, verkwisten en verspillen.

Op andere websites

Recentelijk gezocht