• stro (Mols)   • stro (Geldermalsens)   • Stro (Brustems)   • stro (Gils)   • stro (Nieuwkuijks)   • Stro (Zevenbergs)  
Toon alle 11 dialectwoorden

• zout in de wond strooien (=iemands leed verergeren)
• rozen voor de varkens/zwijnen strooien (=iets goed doen voor mensen die dat niet waarderen)
• rozen op het pad strooien. (=iets veraangenamen.)
• iemand zand in de ogen strooien (=iemand iets wijsmaken, iemand bedriegen)
Naar de spreekwoorden

• strooiauto• strooibiljet• strooibrief• strooibus• strooidop• strooien• strooier• strooifiets• strooigoed• strooikaas• strooischade• strooisel• strooisuiker• strooiwagen• strooiwei• strooiweide• strooizout

Zoek strooi op Woordenlijst.org
Zoek strooi op Google
Zoek strooi op Wikipedia