stressen

werkw.

Uitspraak:	[strɛsə(n)]
Afbreekpatroon:	stres·sen
Vervoegingen:	streste (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft gestrest (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

druk en zenuwachtig doen

Voorbeeld:

`Loop niet zo te stressen; het komt allemaal wel op tijd klaar.`

3 definities op Encyclo

1) Druk en zenuwachtig doen 2) Onderhevig zijn aan spanning 3) Nerveuze wijze 4) Nerveus werken 5) Nerveus te werk gaan 6) Op nerveuze wijze te werk gaan 7) Onder spanning werken
stress ervaren; stress hebben; last hebben van tijdsdruk; zich nerveus gedragen; zich druk maken stress bezorgen; onder tijdsdruk zetten; zenuwachtig maken
Stressen is nerveus, zenuwachtig, gespannen zijn. [basiswoordenlijst groep 8]

Deze woorden eindigen op stressen:

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van stressen is 'streste'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gestrest'.

'druk en zenuwachtig doen'

stressen spel je S T R E S S E N

Op andere websites

Recentelijk gezocht