de schaatser

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	[ˈsxatsər]
Afbreekpatroon:	schaat·ser
Verbuigingen:	schaatsers (meerv.)

de schaats|ster

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈsxat|stər]
Afbreekpatroon:	schaat·ser
Verbuigingen:	schaatssters (meerv.)

iemand die schaatst

Voorbeeld:

`profschaatser`

• 1) Sporter 2) Sportman 3) Sportbeoefenaar 4) Schaatsenrijder 5) Beoefenaar van een zekere wintersport 6) Iemand die tochten maakt 7) Wintersporter 8) Rijder
• iemand die schaatst, voor zijn beroep of uit liefhebberij

Toon uitgebreidere definities

• oud-schaatser• marathonschaatser• kunstschaatser

Is het 'de schaatser' of 'het schaatser'?

Het is 'de schaatser', want schaatser is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die schaatser'.

Wat is het meervoud van schaatser?

Het meervoud van schaatser is 'schaatsers'. Eén schaatser, twee schaatsers.

Wat betekent schaats|ster?

'iemand die schaatst'

Hoe spel je schaats|ster?

schaats|ster spel je S C H A A T S Hoofdletter-| S T E R

Zoek schaatser op Woordenlijst.org
Zoek schaatser op Google
Zoek schaatser op Wikipedia