resulteren

werkw.

Uitspraak:	[rezʏl'terə(n)]
Afbreekpatroon:	re·sul·te·ren
Vervoegingen:	resulteerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	is geresulteerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

ergens het resultaat van zijn

Voorbeeld:	`Door de positieve effecten van reclame voor een bepaald product, resulteert er een stijging van de vraag naar dat product.`
resulteren uit	(het gevolg zijn van) Synoniem: voortvloeien uit

resultaat   tot gevolg hebben   uitkomen   uitkomen bij   uitlopen   uitmonden   uitvloeien in   volgen   voortkomen   voortspruiten   voortvloeien   

• iets tot gevolg hebben vb: zijn gedrag resulteerde in een standje van de meester
• 1) Voortkomen 2) Voortspruiten 3) Voortvloeien 4) Resultaat 5) Uitmonden 6) Uitlopen 7) Uitkomen 8) Volgen
• voortvloeien uit Jaar van herkomst: 1595 (WNT )

Toon uitgebreidere definities

• resulteren in• resulterend

resulteren (voortvloeien uit)

Wat is de verleden tijd van resulteren?

De verleden tijd van resulteren is 'resulteerde'. Het voltooid deelwoord is 'is geresulteerd'.

Wat betekent resulteren?

'ergens het resultaat van zijn'

Hoe spel je resulteren?

resulteren spel je R E S U L T E R E N

Wat is een ander woord voor resulteren?

Andere woorden voor resulteren zijn resultaat, tot gevolg hebben, uitkomen, uitkomen bij, uitlopen, uitmonden, uitvloeien in, volgen, voortkomen, voortspruiten en voortvloeien.

Zoek resulteren op Woordenlijst.org
Zoek resulteren op Google
Zoek resulteren op Wikipedia