de hittepetit

zelfst.naamw. (v.)

Uitspraak:	['hɪtəpətɪt]
Afbreekpatroon:	hit·te·pe·tit
Verbuigingen:	hittepetitten (meerv.)

pittige, prikkelbare vrouw

Voorbeelden:

`Ze is een hittepetit, je moet haar met fluwelen handschoenen aanpakken.`, `Je moet je niet als een hittepetitje gedragen.`

• 'Hittepetit' is een benaming in het Nederlands voor een klein bedrijvig persoon van het vrouwelijk geslacht. Het woord werd in 1855-1856 behandeld in het tijdschrift 'De Navorscher', waar geconcludeerd werd dat het woord te maken had met 'hit' of 'hitje' in de betekenis 'Hitlands paard(je)' en de toevoeging '...
• (Amsterdams) driftig persoontje (wordt van een vrouw gezegd), je moet haar met fluwelen handschoenen aanpakken
• 1) Klein bedrijvig persoontje 2) Bakvis 3) Klein bedrijvig iemand 4) Aankomend dienstmeisje 5) Druk persoontje 6) Bedrijvig vrouwtje 7) Bedrijvig persoontje
• bedrijvig persoontje Jaar van herkomst: 1855 (De Navorscher )

Toon uitgebreidere definities

hittepetit (bedrijvig persoontje)

Is het 'de hittepetit' of 'het hittepetit'?

Het is 'de hittepetit', want hittepetit is vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die hittepetit'.

Wat is het meervoud van hittepetit?

Het meervoud van hittepetit is 'hittepetitten'. Eén hittepetit, twee hittepetitten.

Wat betekent hittepetit?

'pittige, prikkelbare vrouw'

Hoe spel je hittepetit?

hittepetit spel je H I T T E P E T I T

Zoek hittepetit op Woordenlijst.org
Zoek hittepetit op Google
Zoek hittepetit op Wikipedia