dus

conjunction

Uitspraak:

[dʏs]

<woord dat een logisch gevolg aangeeft van wat je eerder hebt gezegd>

Voorbeeld:

`Ik ben bekaf, dus ik ga vroeg naar bed.`

aldus   allicht   bijgevolg   daarom   derhalve   dientengevolge   logisch   natuurlijk   onontkomelijk   uiteraard   vanzelfsprekend   zeker   zo   zodoende   zonder twijfel   zontwijfel   

• •om die reden, daarom. •daarom
• geeft logisch vervolg aan vb: ik heb visite, dus ik kan niet mee
• [Vergeten woorden] (m.) 1) oproer, tumult 2) storm [= IJslands þys, ~ dozen]
• 1) Dientengevolge 2) Hierdoor 3) Uiteraard 4) Met dit gevolg 5) Want 6) Hierom 7) Ergo 8) Vandaar 9) Alzo 10) Allicht 11) Aldus 12) Natuurlijk 13) Blijkens het voorgaande 14) Voegwoord 15) Logisch 16) Zonder twijfel 17) Zodoende 18) Voegwoordelijk bijwoord 19) Vanzelfsprekend 20) Bijwoord 21) Bijgevolg
• bijgevolg

Toon uitgebreidere definities

• dusdanig• dushi• duster• Dusun• dusver• dusverre

• aldus• decorandus• doctorandus• examinandus• modus• promovendus• werkmodus• weekendmodus• secundus• fundus• flaccidus• exodus• curandus• brexodus

Wat betekent dus?

'<
woord dat een logisch gevolg aangeeft van wat je eerder hebt gezegd>
'

Hoe spel je dus?

dus spel je D U S

Wat is een ander woord voor dus?

Andere woorden voor dus zijn aldus, allicht, bijgevolg, daarom, derhalve, dientengevolge, logisch, natuurlijk, onontkomelijk, uiteraard, vanzelfsprekend, zeker, zo, zodoende, zonder twijfel en zontwijfel.

Zoek dus op Woordenlijst.org
Zoek dus op Google
Zoek dus op Wikipedia